De nieuwe studies over glyfosaat werden uitgevoerd op ratten door een coöperatieve vzw, het Ramazzini-instituut.

De eerste studie van Panzacchi et al. (2018) toont aan dat glyfosaat geen effecten heeft op de toxiciteitsparameters overleving, gewicht, voedsel- en waterconsumptie en uiterlijke tekens. Verder worden zoals verwacht glyfosaat en diens metaboliet AMPA in de urine teruggevonden, wat positief is omdat het betekent dat het lichaam de stoffen elimineert. In tegenstelling tot reeds beschikbare studies bevat de nieuwe publicatie geen informatie over de hoeveelheden van deze stoffen die door het lichaam worden opgenomen.

In de tweede studie (Qixing Mao et al., 2018) worden evenmin effecten gevonden op de toxiciteitsparameters (overleving, gewicht, voedsel- en waterconsumptie en uiterlijke tekens). Verder wordt enige invloed van glyfosaat op de samenstelling van de darmflora vastgesteld, maar de rapportering van de resultaten is weinig transparant en de resultaten op zich zijn weinig uitgesproken. De auteurs geven trouwens zelf aan dat het nog verder moet worden onderzocht of hun bevindingen een impact zouden kunnen hebben op de gezondheid. Eventuele DNA-schade (mutageniteit) door glyfosaat is in de studie zelfs helemaal niet onderzocht.

Tenslotte werd nog een opinie (Landrigan en Belpoggi, 2018) gepubliceerd om te wijzen op de noodzaak aan onafhankelijk onderzoek naar de effecten op gewasbeschermingsmiddelen. Alle relevante literatuurstudies worden nu al echter systematisch meegenomen in de beoordeling door de overheid.

De huidige Ramazzini-publicaties voegen dus erg weinig toe aan wat we reeds weten, namelijk dat glyfosaat veilig kan worden gebruikt.