Ook het test- en quarantainebeleid in het onderwijs wordt bijgestuurd om de scholen maximaal open te houden en het COVID-19-testsysteem te vrijwaren.

Na de beslissingen van de IMC Volksgezondheid van gisteren heeft de IMC vandaag, samen met de Ministers van Onderwijs, maatregelen genomen over het test- en quarantainebeleid in de scholen.
Eén van de belangrijkste doelen van deze maatregelen is het openhouden van de scholen in veilige gezondheidsomstandigheden. Kinderen, leerlingen en leerkrachten moeten naar de klassen kunnen gaan.
Deze maatregelen zijn enerzijds mogelijk omwille van de relatieve hoge vaccinatiegraad bij de 12+ers, en anderzijds omdat verschillende gezondheidsmaatregelen zijn genomen in de scholen, zoals verbetering van de luchtkwaliteit en het dragen van mondmaskers. Deze ‘verdedigingslinies tegen het virus’ blijven cruciaal, zeker op een moment van zeer hoge viruscirculatie.  
Naast de bovengenoemde maatregelen heeft de IMC Volksgezondheid, samen met de Ministers van Onderwijs, het volgende beslist :

  1. Voor het basisonderwijs gelden volgende regels:
    a) Bij het systematisch en correct gebruik van het mondmasker in goed verluchte klassen van het lager onderwijs worden de kinderen in die klas beschouwd als laag risicocontacten. In goed verluchte klassen van het kleuteronderwijs worden de kinderen eveneens beschouwd  als laag risicocontacten;
    b) Wanneer een hoog risicocontact plaatsvond buiten de klas, en het kind daardoor in quarantaine moet, mag het kind deze quarantaine wel verlaten om naar school te gaan;

  2.  Voor het secundair onderwijs gelden de regels zoals bepaald door de IMC van 4/1/2022.
  3. De contact tracing in de scholen van het basisonderwijs wordt verdergezet in het kader van het detecteren van clusters of uitbraken. De regel wordt wel aangepast : een klas zal voor 5 dagen in quarantaine moeten gaan van zodra er 4 (of 25% van de klas) besmette (met of zonder symptomen) gevallen zijn in die klas. 
  4. Van zodra een besmetting in de klas zich voordoet worden de ouders onmiddellijk geïnformeerd.

De maatregelen gaan in vanaf 10 januari en gelden tot aan de krokusvakantie.  Einde januari wordt een tussentijdse stand van zaken opgemaakt, onder meer omdat op dat moment een grote groep van de 5 tot en met 11-jarigen al de kans zal gekregen hebben zich te laten vaccineren.

Naar aanleiding van het heropenen van de scholen op 10 januari 2022 roepen de IMC Volksgezondheid en de Ministers van Onderwijs alle ouders (of wettige voogden) op hun kinderen niet naar school te sturen indien er (zelfs lichte) COVID-19-symptomen zijn.  In geval van dergelijke symptomen wordt sterk aangeraden gebruik te maken van de online zelfevaluatietool die hiervoor opgemaakt is  en eveneens toepasbaar is op kinderen (https://sat.info-coronavirus.be/nl/formulier/sat).

De Ministers raden de ouders of wettige voogden ook sterk aan om vanaf zondag 9 januari een zelftest af te nemen bij hun schoolgaande kinderen en dat ook eenmaal per week te blijven doen.  De zelftesten worden te koop aangeboden in supermarkten, apotheken, online, … Mensen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming kunnen de testen aankopen in een apotheek aan 1 euro (met maximaal 4 testen per lid van het gezin, per twee weken).

Dit persbericht is opgemaakt namens volgende ministers die samen de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid vormen:

  • Christie Morreale – Waals Gewest (voorzitster IMC)
  • Wouter Beke – Vlaanderen,
  • Frank Vandenbroucke – Federale Overheid,
  • Valérie Glatigny - Franse Gemeenschap,
  • Bénédicte Linard - Franse Gemeenschap,
  • Alain Maron - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en Franse Gemeenschapscommissie,
  • Elke Van den Brandt - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en Vlaamse Gemeenschapscommissie,
  • Antonios Antoniadis - Duitstalige Gemeenschap,

de Ministers van Onderwijs,

  • Ben Weyts – Vlaanderen
  • Caroline Désir – Franse Gemeenschap
  • Lydia Klinkenberg – Duitstalige Gemeenschap

en Pedro Facon, Regeringscommissariaat Corona,
De Interministeriële Conferentie Volksgezondheid wordt georganiseerd en ondersteund door het DG Gezondheidszorg van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.