De Interministeriële Conferentie Volksgezondheid (IMC) besliste vandaag om de aanbevelingen over het dragen van mondmaskers in de zorgsector te verbinden met drie niveaus van de epidemiologische situatie voor alle respiratoire ziektes. Deze aanbevelingen zijn gebaseerd op wetenschappelijke adviezen én brede consultaties van verschillende professionele organisaties in de zorgsector. De IMC beantwoordt hiermee aan een oproep van de zorgsector om meer duidelijkheid én haalbare aanbevelingen rond het dragen van mondmaskers in de zorg.

Hoewel de hoogste viruscirculatie ondertussen achter ons ligt, circuleren de verschillende respiratoire infecties nog altijd in belangrijke mate in onze samenleving. Waakzaamheid blijft dus nodig om het risico op besmettingen te verminderen, vooral voor kwetsbare personen zoals ouderen of personen met een verminderde immuniteit. Dit geldt des te meer voor de zorgsector waar er uiteraard intense contacten zijn tussen kwetsbare personen onderling, maar ook met hun zorgverleners.

Op basis van het advies van verschillende expertengroepen, waaronder de RAG, het Strategic Scientific Committee (onder leiding van Prof. E. Vlieghe) en de Hoge Gezondheidsraad, de Risk Management Group en vele professionele organisaties (zodat het in de praktijk haalbaar en aanvaardbaar is bij zorgprofessionals), heeft de IMC Volksgezondheid een reeks aanbevelingen geformuleerd over mondmaskerdracht in de zorgsector.

Deze aanbevelingen worden voortaan afhankelijk gemaakt van verschillende epidemiologische indicatoren gelinkt aan respiratoire ziektes. Deze worden wekelijks gepubliceerd door de RAG en gevalideerd door de RMG. (Advies RMG)
Er worden drie niveaus onderscheiden door de RAG voor alle respiratoire ziektes, namelijk:

  • Niveau 1: de epidemiologische situatie is onder controle. In dit niveau zijn geen mondmaskers aanbevolen, tenzij bij patiënten met symptomen van een luchtweginfectie en bij immuungedeprimeerde patiënten.
  • Niveau 2: toenemende circulatie van respiratoire pathogenen (ziekteverwekkers van de luchtwegen) dat mogelijks leidt tot een druk op het gezondheidszorgsysteem. In dit niveau worden mondmaskers aanbevolen bij interactie tussen zorgverlener en patiënt. Het gaat hier om een gericht gebruik van de mondmaskers om zorggerelateerde overdracht van een virus naar patiënten te voorkomen. We bevinden ons vandaag op dit niveau.
  • Niveau 3: hoge circulatie van pathogenen met mogelijke overbelasting van het gezondheidszorgsysteem. Mondmaskers worden hier aanbevolen voor iedereen tewerkgesteld in de zorgsector en in het geheel van zorginstellingen waaronder ook de administratieve en logistieke ruimtes om de continuïteit in de gezondheidszorg te beschermen.
 

Daarnaast voorzien de nieuwe maatregelen ook  dat lokale risicoanalyses kunnen worden uitgevoerd om in specifieke situaties de maatregelen verder te verfijnen. Dergelijke analyses moeten altijd gebaseerd zijn op de noodzaak om kwetsbare burgers te beschermen én de overbelasting van het gezondheidssysteem te voorkomen.
Tenslotte herhalen de leden van de IMC dat het dragen van mondmaskers slechts één van de beschermingsmaatregelen is tegen besmettingen en infecties. Vaccinatie, handhygiëne én ventilatie blijven ook belangrijke barrières voor het virus, en dit vooral in de zorgsector waar de contacten met kwetsbare personen des te frequenter zijn.


Dit persbericht is opgemaakt namens volgende ministers die samen de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid vormen:

  • Antonios Antoniadis - Duitstalige Gemeenschap (voorzitter IMC),
  • Christie Morreale – Waals Gewest,
  • Hilde Crevits – Vlaanderen,
  • Frank Vandenbroucke – Federale Overheid,
  • Valérie Glatigny - Franse Gemeenschap,
  • Bénédicte Linard - Franse Gemeenschap,
  • Alain Maron - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en Franse Gemeenschapscommissie,
  • Elke Van den Brandt - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en Vlaamse Gemeenschapscommissie,

 
De Interministeriële Conferentie Volksgezondheid wordt georganiseerd en ondersteund door het DG Gezondheidszorg van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.