Op deze pagina

Inleiding

Een Europees certificaat is vereist voor 

  • elke commerciële activiteit (verkoop, donatie, kweek enz.)
  • met een dier of plant (levend of dood, deel of product)
  • van een soort die is opgenomen in Bijlage A bij Verordening (EG) nr. 338/97
  • binnen de Europese Unie. 

Er zijn echter verschillende uitzonderingen op deze regel voor bepaalde soorten en sommige specifieke specimens. Voor meer informatie verwijzen we naar de pagina Welke documenten heb ik nodig?

Verder bestaat er ook een algemene afwijking voor planten opgenomen in Bijlage A die kunstmatig worden gereproduceerd. Dit geldt met name voor alle orchideeën en cactussen die we in de handel aantreffen. Er is zeer weinig handel in wilde planten die opgenomen zijn in Bijlage A. In dat geval is een Europees certificaat vereist. Dit geldt bijvoorbeeld voor gitaren of meubels gemaakt van Rio-palissander (Dalbergia nigra). 

Een Europees certificaat bestaat uit vier delen:

  • Algemene informatie
  • Identificatie en beschrijving van het specimen
  • Herkomst van het specimen en commerciële activiteit
  • Geldigheid van het document
     

Algemene informatie

Nr.

Uniek nummer van het certificaat

Type certificaat

  • Certificaat van rechtmatige verwerving: dit certificaat geeft toestemming om het specimen te houden, maar niet om het te verkopen.
  • Certificaat voor commerciële activiteiten: dit is het meest voorkomende certificaat. Het staat de commerciële activiteiten toe die worden gespecificeerd in vak 19.
  • Certificaat voor het vervoer van levende specimens: dit certificaat laat het vervoer van het beschreven specimen toe van de ene plaats naar de andere. Houd er rekening mee dat dit certificaat normaal gezien geen toestemming geeft voor de verkoop van het specimen.

Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad en Verordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer

Deze verordeningen passen de bepalingen van CITES toe in de hele Europese Unie, inclusief België.

Ga voor meer informatie over de Europese regelgeving naar de pagina CITES in de Europese Unie.

1. Houder

De houder is de persoon die de aanvraag heeft ingediend om het Europees certificaat te verkrijgen. Dit kan een handelaar of een kweker zijn, of een individu die een certificaat op eigen naam wil verkrijgen. 

2. Plaats waar levende specimens van soorten van  Bijlage A moeten worden gehouden

Als in dit vak een adres wordt vermeld, dan moet het specimen op dit adres aanwezig zijn. Elke verandering in de locatie van het specimen vereist een nieuw Europees certificaat.

3. Administratieve instantie van afgifte

Naam en adres van het CITES-beheersorgaan van het land dat het certificaat heeft afgegeven.
 

Identificatie en beschrijving van het specimen

4. Omschrijving van specimens

CODE: code om het specimen te beschrijven, bv. 'LIV' voor een levend dier. Voor meer informatie, raadpleeg de pagina Beschrijving van specimens, codes en eenheden.
GESLACHT: vrouwelijk, mannelijk of onbekend. De code bestaat uit drie cijfers:

  • man = 1,0,0
  • vrouw = 0,1,0
  • onbekend = 0,0,1

Indien niet van toepassing wordt de code 0,0,0 weergegeven of wordt het veld leeg gelaten '/'.
GEBOORTEDATUM: indien onbekend '/'.
IDENTIFICATIE: gesloten ring / microchip / afmetingen / tag / geen identificatie.
ADDITIONALE INFORMATIE: alle informatie die nodig is om de beschrijving aan te vullen. Als een vogel bijvoorbeeld geïdentificeerd is met zowel een ring als een microchip, dan moet de tweede identificatie vermeld worden in de aanvullende informatie.

Het specimen moet overeenkomen met de beschrijving in dit vak om het certificaat geldig te maken. Als de beschrijving van het specimen verandert (bv. Bij het plaatsen van een nieuwe microchip), moet een nieuw certificaat worden aangevraagd.
Als een dier sterft of ontsnapt, moet het certificaat onmiddellijk worden teruggestuurd naar de CITES-dienst.
Het certificaat is geldig voor meerdere transacties zolang de beschrijving in vak 4 geldig is en de speciale voorwaarden in vak 20 nageleefd worden. 

5. Nettomassa (kg)

Het gewicht van het specimen. Dit vak moet niet worden ingevuld voor levende specimens.

6. Hoeveelheid

In de meeste gevallen is de hoeveelheid gelijk aan 1 omdat een Europees certificaat geldig is voor één enkel specimen.
Het exacte aantal exemplaren moet alleen worden vermeld in het geval van dode exemplaren (inclusief delen en producten) die samen worden verkocht. Voor een schaakspel met ivoren stukken moet bijvoorbeeld het aantal stukken worden vermeld.

7. CITES-bijlage

De CITES-bijlage waarin het specimen is opgenomen: I, II of III.

8. EU-bijlage

De Europese Bijlage waarin het specimen is opgenomen. De code is altijd A, aangezien een Europees certificaat alleen vereist is voor specimens die zijn opgenomen in Bijlage A.

9. Oorsprong

Code die de herkomst van het specimen aangeeft. Code ‘C’ wordt bijvoorbeeld gebruikt voor een dier dat in gevangenschap geboren is.
Voor meer informatie, raadpleeg de pagina Beschrijving van specimens, codes en eenheden.

10. Land van herkomst

Land van herkomst van het specimen. In het geval dat een dier binnen België in gevangenschap geboren is, moet België vermeld worden.

11. Nummer van vergunning
12. Afgiftedatum 

Deze twee vakken worden ingevuld wanneer het Europees certificaat een vorig certificaat of een vorige vergunning vervangt, met het nummer en de afgiftedatum van het vorige document.
In deze gevallen wordt de zin 'Dit certificaat annuleert en vervangt' vermeld in de aanvullende informatie in vak 4.

13. Lidstaat van invoer 
14. Nummer van het document
15. Afgiftedatum

Deze drie vakken worden ingevuld wanneer het specimen in de Europese Unie werd geïmporteerd. 

16. Wetenschappelijke naam van de soort

Dit vak vermeldt de wetenschappelijke naam van de soort.

17. Gewone naam van de soort

Dit vak vermeldt de gewone naam van de soort.
 

Herkomst van het specimen en toegestane commerciële activiteit

18. Bron en herkomst van het specimen

De vakken onder dit punt betekenen:
a. Specimen uit het wild.
b. Achtergelaten of ontsnapt specimen.
c. In gevangenschap geboren en gekweekt specimen.
d. Specimen ingevoerd of verworven na 1997 in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 338/97.
e. Specimen ingevoerd of verworven tussen 1984 en 1997 in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 3626/82.
f. Specimen ingevoerd of verworven in de Europese Unie vóór 1984 in overeenstemming met de internationale CITES-regels. In het geval van een specimen dat wordt ingevoerd vanuit een land dat CITES heeft ondertekend en/of naar een EU-land dat CITES al had ondertekend, is de uitvoervergunning en/of invoervergunning vereist.
g. Specimen ingevoerd of verworven in België vóór de opname in de CITES-bijlagen.

19. Toegestane commerciële activiteit

De vakken onder dit punt betekenen:
a. Het specimen (inheemse soort) werd legaal verkregen.
b. Het specimen mag voor commerciële doeleinden worden gebruikt.
c. Het specimen mag voor commerciële doeleinden aan het publiek worden tentoongesteld, maar mag niet worden verkocht.
d. Het specimen mag gebruikt worden voor educatieve of wetenschappelijke doeleinden, kweek, conservatie enz. voor niet-commerciële doeleinden.
e. Een specimen met de broncodes W, I, U en F mag voor niet-commerciële doeleinden naar een specifieke bestemming worden gebracht, zoals een dierentuin of een andere locatie.

Certificaat alleen geldig voor de in vak 1 vermelde houder

Vak 'Nee' = geen beperkingen.
Vak 'Ja' = het certificaat is alleen geldig voor de persoon vermeld in vak 1. Een nieuw certificaat moet worden aangevraagd als de eigenaar verandert. U moet ook een overdrachtsverklaring toevoegen waarin staat dat u het hebt verkregen van de persoon die in vak 1 vermeld wordt.
Dit is bijvoorbeeld het geval voor specimens die niet uniek geïdentificeerd zijn om redenen van dierenwelzijn, geattesteerd door een dierenarts. Het certificaat geeft dus alleen toestemming voor het uitvoeren van commerciële activiteiten (vermeld in vak 19) aan de persoon die in vak 1 wordt genoemd.
 

Geldigheid van het document

20. Bijzondere voorwaarden

Op het certificaat kunnen bepaalde speciale voorwaarden van toepassing zijn. Het is belangrijk dat deze nageleefd worden.

Voorbeelden van speciale voorwaarden:

  • Certificaat geldig voor één enkele transactie: u moet kunnen aantonen dat het specimen werd gekocht van de persoon die in vak 1 wordt genoemd.
  • Certificaat alleen geldig voor overdracht aan de persoon vermeld in vak 2 (geverifieerde accommodatie). Dit betekent dat het specimen zich op deze locatie moet bevinden.
  • Certificaat geldig zolang het specimen kleiner is dan 4,5 cm. In dat geval moet het specimen gechipt worden zodra het de grootte van 4,5 cm heeft, waarna  een nieuw Europees certificaat moet aangevraagd worden.
  • Certificaat alleen geldig indien vergezeld van een foto: Europese certificaten afgegeven door Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk enz. Dit type certificaat is alleen geldig voor een enkele transactie tussen een persoon die in het land van afgifte woont en een persoon buiten die lidstaat. Eenmaal buiten het land van afgifte moet het certificaat worden vervangen. Als Belg kan je een specimen gedekt door zo’n certificaat enkel kopen van een persoon uit die bepaalde lidstaat. Als iemand anders u zo’n specimen aanbiedt, begaat u een inbreuk indien u het specimen zou aanvaarden.

Geldigheid

Een Europees certificaat is geldig voor meerdere transacties zolang de beschrijving in vak 4 geldig is en er geen speciale voorwaarden in vak 20 staan aangegeven.

Het specimen moet overeenkomen met de beschrijving die in vak 4 gegeven wordt om het certificaat geldig te maken. Als de beschrijving van het specimen verandert, moet een nieuw certificaat worden aangevraagd.
Als een dier ontsnapt, moet het certificaat onmiddellijk worden teruggestuurd naar de CITES-dienst. Als een dier sterft en u niet van plan bent om het specimen te laten opzetten, moet u het certificaat eveneens terugsturen naar de CITES-dienst. Als het dier wel wordt opgezet, moet u een nieuw certificaat aanvragen waarin de nieuwe staat van het specimen wordt beschreven, bv. BOD - Dood dier.

Een kopie van een certificaat is niet geldig. U moet over het origineel van het certificaat beschikken (geel document).

Er mag niets op een Europees certificaat geschreven of geplakt worden, anders verliest het zijn geldigheid.

Certificaten die vóór de Brexit (overgangsperiode tot 31 december 2020) door het Verenigd Koninkrijk zijn uitgegeven, zijn niet langer geldig. Met dit certificaat kunt u een CITES-soort niet meer verkopen, kopen of vervoeren. Het kan alleen worden gebruikt om te bewijzen dat het specimen legaal werd verkregen of gekocht vóór Brexit. 
Voor meer informatie: Brexit en CITES.

Oude Europese certificaten

De oude certificaten blijven geldig op voorwaarde dat de beschrijving van het specimen nog steeds overeenstemt met de huidige werkelijke situatie en dat het certificaat voor dezelfde doeleinden wordt gebruikt.

Dit zijn certificaten die zijn uitgegeven 

  • tussen 1 januari 1984 en 1 juni 1997 (blauw);
  • tussen 1 juni 1997 en 22 september 2001 (geel)

U kunt de datum van aflevering controleren aan de onderkant van het certificaat.