Veel soorten dieren en planten die beschermd worden door CITES worden vaak aangetroffen in kwekerijen, zoals schildpadden, papegaaien (grijze roodstaartpapegaaien, ara's, amazones, lori's), orchideeën, cactussen, enz.

De CITES-wetgeving legt daarom speciale voorwaarden op voor de kweek, de kunstmatige voortplanting en de verhandeling van deze soorten. Het doel is om aan te tonen dat deze dier- of plantenspecimens wel degelijk afkomstig zijn uit kweek in gevangenschap of uit kunstmatige voortplanting in overeenstemming met de CITES-vereisten en om hun traceerbaarheid te garanderen.
 

Op deze pagina

De Bijlagen van CITES samengevat

Op internationaal niveau bestaat de CITES-overeenkomst uit drie Bijlagen (Bijlage I, II en III) waarin planten- en diersoorten worden opgelijst volgens hun mate van bescherming.

Op Europees niveau heeft de Europese Unie (EU) specifieke verordeningen aangenomen om de bepalingen van CITES op dezelfde manier te implementeren in alle lidstaten. De EU is voor bepaalde aspecten strenger en ambitieuzer en heeft daarom onder andere de CITES-Bijlagen (op internationaal niveau) omgezet in EU-Bijlagen.

Samengevat telt de Europese Verordening vier Bijlagen:

  • Bijlage A omvat alle dier- en plantensoorten die met uitsterven worden bedreigd en waarvan de handel schadelijk kan zijn voor hun voortbestaan . Deze soorten genieten de hoogste bescherming en handel in specimens afkomstig uit het wild is verboden. . 
  • Bijlage B omvat alle dier- en plantensoorten die niet direct bedreigd zijn, maar dat wel kunnen worden als hun handel niet gereguleerd wordt.
  • Bijlage C omvat soorten die beschermd zijn in landen die de medewerking van andere CITES-partijen nodig hebben om de handel erin te controleren.
  • Bijlage D omvat soorten die niet beschermd worden door CITES, maar waarvoor de EU de importstroom naar de verschillende EU-lidstaten wil monitoren.  Op deze manier is er meer kennis over  deze handelsstromen en kan er bekeken worden of een bijkomende bescherming nodig is. 

De Bijlagen spelen een cruciale rol bij het reguleren van de handel in soorten die beschermd worden door CITES, omdat ze bepalen welke CITES-documenten vereist zijn. Net als de Overeenkomst beschermt de EU niet alleen levende dieren en planten, maar ook dode dieren en planten en hun delen en producten.

Voor meer informatie over de Bijlagen verwijzen we u naar de pagina Door CITES beschermde soorten.
 

Planten

CITES beschermt meer dan 34.000 plantensoorten, maar slechts 6.600 diersoorten. CITES beschermt namelijk groepen planten die uit vele soorten bestaan, waaronder orchideeën en, in mindere mate, cactussen. Naast planten die voor tuinbouwdoeleinden worden gebruikt, beschermt CITES  verschillende houtsoorten en ook planten die voor medicinale, cosmetische of aromatische doeleinden worden gebruikt.

De regels zijn verschillend voor dieren en planten: voor planten gelden veel meer vrijstellingen dan voor dieren.  Veel plantensoorten die door CITES worden beschermd, worden binnen of buiten de EU immers kunstmatig in zeer grote aantallen vermeerderd, zoals orchideeën, cactussen en bepaalde vetplanten (aloë, euphorbia, enz.).

-----------------------------------------------------------------------------

Planten kweken

U heeft geen CITES-documenten nodig om planten te kweken via kunstmatige reproductie, zowel voor privégebruik als voor commerciële doeleinden.

U moet echter van de moederplanten

  • de legale herkomst kunnen aantonen indien deze niet afkomstig zijn van kunstmatige reproductie zoals factuur (met verwijzing naar invoervergunning indien nodig), overdrachtsdocument van een verkoper of kwekerij, enz. of;
  • bewijs van kunstmatige productie kunnen aantonen indien deze afkomstig deze kunstmatig gekweekt werden.

-----------------------------------------------------------------------------

Handel in planten in de Europese Unie (EU)

U heeft geen CITES-documenten nodig om

  • planten te verhandelen die je zelf kunstmatig hebt gekweekt,
  • of die je al kunstmatig gereproduceerd aangekocht hebt,
  • in België en de rest van de EU.

Bij een inspectie moet je echter wel de legale herkomst van de planten die je verhandelt kunnen bewijzen, bijvoorbeeld door middel van een overdrachtsdocument van de verkoper of een factuur van de kwekerij - de firma die jou de zaden of planten heeft verkocht - die voldoende informatie bevat om het verband te leggen met de planten die je verhandelt (in het bijzonder de wetenschappelijke naam). 

-----------------------------------------------------------------------------

Handel in planten buiten de Europese Unie (EU)

Als u:

  • planten buiten de EU wilt uitvoeren,
  • planten vanuit een land buiten de EU wilt importeren,

dan heeft u CITES-documenten nodig: uitvoervergunning, invoervergunning, kennisgeving van invoer, enz.

Hierbij dient opgemerkt dat er afwijkingen bestaan voor verschillende plantensoorten. Voor deze soorten heeft u geen CITES-documenten nodig als u een aantal van hun specimens uit de EU wilt uitvoeren of een aantal van hun specimens in de EU wilt invoeren. Ook zijn bepaalde delen of producten soms uitgesloten van de CITES-verplichtingen, ook al is de soort op zich zelf wel beschermd door CITES.

Voor meer informatie ter zake verwijzen we u naar de pagina's

Dieren

Als u dieren kweekt van een soort die beschermd is door CITES, moet u voldoen aan een aantal wettelijke verplichtingen om jongen uit uw kwekerij te mogen verkopen of te gebruiken voor commerciële activiteiten.

De wettelijke verplichtingen worden bepaald in functie van de Bijlage bij Verordening (EG) nr. 338/97 waarin de soort is opgenomen.

-----------------------------------------------------------------------------

Commerciële activiteiten

Een commerciële activiteit kan bestaan uit verschillende soorten activiteiten, betaald of onbetaald en is niet beperkt tot verkopen en kopen.
De volgende activiteiten worden beschouwd als commerciële activiteiten, ook als ze online op het internet worden uitgevoerd:

  • aankoop;
  • verkoop;
  • verhuur;
  • uitwisseling of ruil;
  • aankoopvoorstel;
  • verwerving voor commerciële doeleinden;
  • tentoonstelling voor commerciële doeleinden;
  • gebruik met winstoogmerk;
  • bezit met het oog op verkoop (zelfs bij occasionele verkoop);
  • te koop zetten;
  • vervoer voor verkoop;
  • directe of indirecte reclame met het oog op verkoop;
  • uitnodiging tot indiening van een offerte;
  • schenking aan een persoon die een commerciële activiteit uitoefent.

-----------------------------------------------------------------------------

Dieren van een soort opgenomen in Bijlage A

Om in orde te zijn met uw kwekerij, moet u:

  1. elk ouderpaar of elke oudergroep registreren (als uw dieren in een groep leven) via ons online loket, wanneer het paar voor het eerst jongen heeft, met vermelding van het Europese certificaat van elke ouder.
    ​Opgelet: de identificatie van het specimen moet overeenkomen met de identificatie op het certificaat. Het ringnummer op het certificaat moet bijvoorbeeld identiek zijn aan het nummer op de ring aan de poot van uw vogel, en het nummer moet leesbaar zijn. Als dit niet meer het geval is, neem dan contact op met de CITES-dienst.
  2. elk jong identificeren aan de hand van 
    1. een naadloze gesloten ring met een uniek nummer waarvan de diameter overeenkomt met de betreffende vogelsoort (bv. 11,0 mm voor de grijze roodstaartpapegaai)
    2. een microchip voor alle andere diersoorten.
      Als uw dier omwille van specifieke eigenschappen niet kan geïdentificeerd worden, en dit werd geattesteerd door uw dierenarts, neemt u contact op met de dienst CITES.
  3. een verklaring van kweek indienen voor elk 'nest';
  4. een Europees certificaat aanvragen voor elk jong dat u wilt verkopen of gebruiken voor commerciële activiteiten;
  5. een register van binnenkomst (geboorten en aankopen) en vertrek (overlijdens en verkopen) bijhouden.
    Opmerking: u moet dit register bewaren op de plaats waar uw dieren zich bevinden gedurende ten minste 5 jaar na de laatste inschrijving.

Opmerking: voor vogels is een microchip voor een jonge vogel van een kwekerij alleen aanvaardbaar als de omstandigheden gerechtvaardigd en/of gecertificeerd zijn door een dierenarts en met bewijs van afstamming via een DNA-test. 

-----------------------------------------------------------------------------

Dieren van een soort opgenomen in Bijlage B

Om in orde te zijn met uw kwekerij, moet u:

  • een bewijs hebben van de legale oorsprong van elk dier van het ouderpaar of de oudergroep (als uw dieren in een groep leven): een gedetailleerde factuur, een overdrachtsverklaring, enz.
    Gebruik bij voorkeur het EU-model van overdrachtsverklaring. 

  • een register van binnenkomst (geboorten en aankopen) en vertrek (overlijdens en verkopen) bijhouden.

Indien u uw eigen nakweekdieren wenst uit te voeren naar een land buiten de EU, dient u een verklaring van kweek voor Bijlage B-soorten in te vullen. Dit document moet u vervolgens inladen bij uw aanvraag tot het bekomen van een uitvoervergunning.

 

-----------------------------------------------------------------------------

Dieren van een soort opgenomen in Bijlage C of D

U hoeft niet te voldoen aan specifieke CITES-verplichtingen om met uw kwekerij in orde te zijn.

-----------------------------------------------------------------------------

Kruisingen of hybriden

Kruisingen of hybriden tussen twee soorten vallen ook onder CITES en de EU-verordeningen inzake de handel in wilde dieren en planten, als ten minste een van de twee ouders behoort tot een soort die is opgenomen in een van de vier Bijlagen.

In gevallen waarin de ouders van dergelijke hybriden van dieren (en planten) behoren tot soorten die in verschillende bijlagen zijn opgenomen, of tot soorten waarvan er slechts één in de EU-Bijlagen is opgenomen, zijn de bepalingen van de “hoogst” (meest beschermende) Bijlage van toepassing.

Bijvoorbeeld: 

  • Catalina of regenboogara: dit is een kruising tussen een geelvleugelara (Ara macao) en een blauwgele ara (Ara ararauna)
    • Geelvleugelara (Ara macao) is opgenomen op Bijlage A/I. Een Europees certificaat is vereist voor commerciële activiteiten.
    • Blauwgele ara (Ara ararauna) is opgenomen op Bijlage B/II. Een overdrachtsdocument (bij voorkeur het EU-model) vereist is voor commerciële activiteiten

De nakweek van dit ouderkoppel is een kruising of hybride: dergelijke regenboogara’s zijn opgenomen op Bijlage A/I.

  • Savannah kat: dit is een kruising tussen een serval (Leptailurus serval) en een huiskat (Felis catus)
    • Serval (Leptailurus serval) is opgenomen op Bijlage B/II. Een overdrachtsdocument (bij voorkeur het EU-model) is vereist voor commerciële activiteiten
    • Huiskat (Felis catus) is niet opgenomen op CITES of de Europese Bijlagen. 

De nakweek van dit ouderkoppel is een kruising of hybride: dergelijke Savannah katten zijn opgenomen op Bijlage B/II. 
Opgelet: omwille van de zoogdierenpositieflijst in België is het sowieso verboden om dergelijke katten als huisdier te houden, tenzij het zou gaan om zo ver doorgedreven kweek dat de kruising met de serval ten minste 4 generaties geleden is.

-----------------------------------------------------------------------------

Specifieke CITES-regels

We hebben de CITES-regels verzameld die specifiek gelden voor bepaalde soorten en bepaalde commerciële activiteiten.

U kunt de volgende specifieke informatie raadplegen op onze website.

Milieuvergunningen en normen voor het houden van het dier

Het kan zijn dat u een milieuvergunning nodig hebt om met bepaalde soorten te mogen kweken. Neem voor meer informatie contact op met de voor milieu bevoegde dienst van uw gemeente.

In België wordt het dierenwelzijn beheerd door de gewesten. Als u vragen hebt over de vereisten voor verschillende diersoorten (bv. aanbevolen kooigrootte), kunt u contact opnemen met de dienst voor dierenwelzijn in uw regio.

Vlaanderen

Agentschap voor Natuur en Bos

Dienst Dierenwelzijn

Brussel

Leefmilieu Brussel

Wallonië 

SPW - Département du Développement, de la Ruralité et des Cours d'eau et du Bien-Être animal

Kweek voor privédoeleinden

Kweekt u als liefhebber voor privédoeleinden? Dan dient u nog steeds te voldoen aan de wettelijke verplichtingen die beschreven worden in de paragraaf Dieren afhankelijk van de Bijlage bij Verordening (EG) nr. 338/97 waarin de door u gekweekte soort is opgenomen.

Het enige verschil is dat u geen Europees certificaat hoeft aan te vragen voor jongen van uw bedrijf van een soort uit Bijlage A als u aan de volgende twee voorwaarden voldoet:

  • u blijft eigenaar van deze jongen
  • de jongen blijven in uw kwekerij.

Zodra u jongen van uw kwekerij verkoopt/weggeeft/vervoert of gebruikt voor een commerciële activiteit, heeft u de CITES-documenten nodig die beschreven staan in de paragraaf Verkopen van jongen uit uw kwekerij.

Als u als particuliere kweker na een bepaalde periode besluit om jongen uit uw kwekerij te verkopen, hou er dan rekening mee dat u alleen Europese certificaten kunt krijgen als u kunt aantonen dat u in het bezit bent van reproducerende specimens. Dit is niet mogelijk als een van de ouders is overleden, verkocht, ontsnapt, enz.
Verder moet u ook voldoen aan de normen die gelden in uw gemeente en regio op het gebied van milieuvergunningen en dierenwelzijn.

Identificatie van het ouderpaar of de oudergroep (Bijlage A)

Indien u kweekt met een soort die is opgenomen in Bijlage A bij Verordening (EG) nr. 338/97, controleer dan of elk dier dat deel uitmaakt van uw ouderpaar of oudergroep (als uw dieren in een groep leven) naar behoren is geïdentificeerd:

  • een naadloze gesloten ring met een uniek nummer waarvan de diameter overeenkomt met de betreffende vogelsoort (bv. 11,0 mm voor de grijze roodstaartpapegaai)
  • een microchip voor alle andere diersoorten.

Elk dier moet ook vergezeld gaan van een origineel Europees certificaat met het exacte nummer van zijn gesloten ring of microchip.

Als een dier twee soorten identificatie draagt (bijvoorbeeld een gesloten ring en een microchip, of twee gesloten ringen of twee microchips), moeten beide identificaties op het certificaat worden vermeld. Als dit niet het geval is, moet u een nieuw certificaat aanvragen voor het dier met beide identificaties.

Meer informatie over de identificatie van CITES-soorten vindt u op de pagina 'Identificatie en markering'.
 

Registreren van een ouderpaar of oudergroep (Bijlage A)

Wanneer een ouderpaar/oudergroep van een soort opgenomen in Bijlage A van Verordening (EG) nr. 338/97 voor het eerst jongen heeft, moet u 

  • dit paar/deze groep via ons online loket registreren
  • door een kweekgroep in uw account aan te maken.

Heeft u nog geen account bij ons online loket? 
In dat geval moet u er één  aanmaken, voordat u een CITES-document kunt aanvragen.

Hoe een kweekgroep aanmaken?

  1. Log in op uw account bij ons online loket.
  2. Klik op het tabblad 'Account', selecteer 'Kweekdieren' en klik vervolgens op '+Nieuwe groep'.
  3. Geef de groep een naam en klik op 'Aanmaken'.
  4. Voer de wetenschappelijke naam of de gewone naam (of een deel ervan) van de soort in en klik dan op 'Zoeken naar soort'.
  5. Selecteer de juiste naam van de soort uit de lijst die verschijnt.
  6. Noteer de informatie van het Europese certificaat van het eerste mannetje van de groep: 
    • nummer van Europees certificaat; 
    • land van afgifte;
    • datum van afgifte;
    • type identificatie (ring of microchip);
    • identificatienummer*;
    • geboortedatum.
  7. Klik op de knop 'Nieuw' om extra regels toe te voegen en herhaal de instructies in punt 5 om de informatie voor alle mannetjes in je kweekgroep vast te leggen.
  8. Herhaal de instructies in punt 5 en 6 om de certificaatinformatie voor de vrouwtjes in uw kweekgroep te noteren.
  9. Als u alle dieren in de kweekgroep hebt ingevoerd, klikt u op de knop 'Opslaan'.
    U kunt de informatie opslaan telkens wanneer u wijzigingen aanbrengt in de kweekgroep.

* Opmerking over identificatienummers: voor vogels moet u het ringnummer in de specifieke volgorde en het specifieke formaat (hoofdletters en spaties) noteren zoals vermeld op het overeenkomstig certificaat.
Voor Belgische vogelverenigingen, kunt u de lijst met ringnummers per federatie bekijken.
 

Verklaring van kweek (Bijlage A)

Voor elk 'nest' met jongen van een soort die is opgenomen in Bijlage A bij Verordening (EG) nr. 338/97 moet u

  • een (gratis) verklaring van kweek indienen via ons online loket
  • ons de gegevens van de jongen in uw kweekgroep meedelen:
    • nummer van ring of microchip,
    • geboortedatum,
    • geslacht (indien bekend).

Hoe een verklaring van kweek indienen?

  1. Log in op uw account bij ons online loket.
  2. Klik op het tabblad 'Dossiers' en vervolgens op 'Nieuwe aanvraag'.
  3. Selecteer 'Verklaring van kweek'.
  4. Vink het vakje 'Ik bevestig dat ik de richtlijnen heb gelezen...' aan en klik vervolgens op 'Doorgaan'.
  5. Selecteer in het vak 'Parentale stock' het ouderpaar/de oudergroep van de nakweekdieren. De gegevens van de kweekdieren in deze groep verschijnen op het scherm.
  6. Voer in het vak 'Nakomelingen' het aantal nakweekdieren in het vak 'Totaal #' in.
  7. Registreer de informatie van de eerste nakweekdier:
    • geslacht;
    • geboortedatum. Als u de exacte geboortedatum niet weet, voer dan standaard de eerste dag van de geboortemaand in;
    • type identificatie;
    • info identificatie: vermeld het nummer van de ring of de microchip van het jong.* 
      Als het dier twee identificaties heeft (bv. een ring en een microchip), moet u beide nummers opgeven.
  8. Om de volgende jongen te registreren, klikt u op de knop 'Eerste regel kopiëren' en maakt u de nodige wijzigingen voor elk nakweekdier.
  9. Selecteer het adres waar de dieren zich bevinden.
  10. Klik in het vak 'Document' op de knop 'Bestanden selecteren' en voeg de kleurenscans van voor- en achterzijde van de certificaten van de ouderdieren toe, bij voorkeur in .pdf- of .jpg-formaat.
  11. Klik op 'Uploaden'.
  12. In het vak 'Opmerkingen' kunt u alle informatie toevoegen die u nodig acht om ons te helpen uw aanvraag te verwerken.
  13. Kruis het vakje 'Ondergetekende verklaart op erewoord...' aan.
  14. Klik op 'De verklaring indienen'.

* Opmerking over identificatienummers: voor vogels moet u het ringnummer in de specifieke volgorde en het specifieke formaat (hoofdletters en spaties) noteren, zoals vermeld op het overeenkomstige certificaat.
Voor de Belgische vogelverenigingen, kunt u ook de lijst met ringnummers per federatie bekijken.
 

Verklaring van kweek (BIJLAGE B)

Voor elk 'nest' met jongen van een soort die is opgenomen in Bijlage B bij Verordening (EG) nr. 338/97 moet u:

  • een document voor verklaring van kweek invullen indien u uw eigen nakweek wilt uitvoeren naar een land buiten de EU
  • alle relevante informatie betreffende de ouderdieren en de nakweek in het het document vermelden. 

De verklaring van kweek voor Bijlage B-soorten dient u in te vullen en vervolgens toe te voegen bij uw aanvraag tot het bekomen van uitvoervergunning.

 

Register van binnenkomst en vertrek

Wanneer u dieren kweekt van een soort die is opgenomen in Bijlage A of B van Verordening (EG) nr. 338/97, moet u een register van binnenkomst (geboorten en aankopen) en vertrek (overlijdens en verkopen) bijhouden.

U moet dit register bewaren op de plaats waar uw dieren zich bevinden gedurende ten minste 5 jaar na de laatste inschrijving.

Een register van binnenkomst en vertrek is niet nodig voor bepaalde vogels die zich gemakkelijk voortplanten in gevangenschap. Raadpleeg de lijst met veelgekweekte diersoorten die vrijgesteld zijn van het bijhouden van een register om te controleren of dit uw vogels betreft.

Hoe het register van binnenkomst en vertrek invullen?

Op de pagina Welke documenten heb ik nodig? vindt u alle informatie die u nodig hebt om het register van binnenkomst en vertrek correct in te vullen.
 

Model van register van binnenkomst en vertrek

U kunt de modelregisters in pdf-formaat downloaden van onze website:

Verkopen van nakweek 

Wilt u dieren afkomstig uit eigen kweek verkopen of er een andere commerciële activiteit mee verrichten?

Dan heeft u CITES-documenten nodig

  • al naargelang de verkoop binnen of buiten de Europese Unie (EU) plaatsvindt
  • in functie van de Bijlage van de Verordening (EG) nr. 338/97 waarin de soort is opgenomen.

-----------------------------------------------------------------------------

Nakweek uit uw kwekerij in België en de EU verkopen

Om een dier afkomstig uit uw eigen kweek in de EU te kunnen verkopen, hangt het CITES-document dat u nodig hebt af van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 338/97 waarin de soort is opgenomen.

Bijlage A

U moet een Europees certificaat hebben, uitgegeven door onze dienst, voor elk dier dat u wilt verkopen.

U moet:

  • over dit certificaat beschikken op het moment dat u het dier te koop aanbiedt;
  • het origineel (in het geel) aan de koper overhandigen, samen met het dier, op het moment van verkoop.

Meer informatie vindt u bij het volgende punt Een Europees certificaat aanvragen voor jongen afkomstig uit eigen kweek (Bijlage A).

Dit certificaat is uitsluitend geldig voor verkoop in de Europese Unie. Om een jong van uw kwekerij buiten de Europese Unie te verkopen, moet u een uitvoervergunning aanvragen. Vergeet niet dat landen als Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Monaco geen lid zijn van de Europese Unie.

Bijlage B

U moet de koper een bewijs van wettelijke oorsprong van elk jong bezorgen: een gedetailleerde factuur, een overdrachtsverklaring, enz.
Gebruik bij voorkeur het EU-model van overdrachtsverklaring. 

Bijlage C of D

Er is geen CITES-document nodig.

-----------------------------------------------------------------------------

Verkopen van nakweek buiten de EU

Als u een jong afkomstig uit eigen kweek, van een soort die is opgenomen in Bijlage A, B of C van Verordening (EG) nr. 338/97, buiten de EU wilt verkopen, moet u een uitvoervergunning aanvragen.

Voor meer informatie verwijzen we naar de pagina Handel in beschermde soorten met landen buiten de Europese Unie.
 

Europees certificaat voor nakweek (Bijlage A)

Als u een dier afkomstig uit eigen kweek, van een soort die is opgenomen in Bijlage A van Verordening (EG) nr. 338/97, in de Europese Unie wilt verkopen, moet u een Europees certificaat aanvragen.

U moet:

  • over dit certificaat beschikken op het moment dat u het dier te koop aanbiedt;
  • het origineel (in het geel) aan de koper overhandigen, samen met het dier, op het moment van verkoop.
     

Hoe een Europees certificaat aanvragen voor een dier afkomstig uit eigen kweek?

  1. Dien een verklaring van kweek in.
  2. Log in op uw account bij ons online loket.
  3. Klik op het tabblad 'Dossiers' en vervolgens op 'Nieuwe aanvraag'.
  4. Selecteer 'Europees certificaat'.
  5. Vink het vakje 'Ik bevestig dat ik de richtlijnen heb gelezen...' aan en klik vervolgens op 'Doorgaan'.
  6. Selecteer 'Bestaand'.
  7. Selecteer in de lijst met specimens die door het systeem wordt weergegeven, het nummer van de verklaring van kweek van de nakweekdieren waarvoor u een certificaat aanvraagt.
    ​De gegevens van de nakweekdieren worden automatisch opgenomen in de certificaataanvraag.
  8. Selecteer in het venster 'Houder' het adres dat op het certificaat moet komen te staan.
  9. Kies in het venster 'Levering' of u het certificaat per post wilt ontvangen of dat u het wilt ophalen bij ons kantoor.
  10. Geef in het venster 'Certificaat' de volgende gegevens in:
    • Type certificaat: selecteer 'Certificaat van commerciële activiteit'.
    • Bron: selecteer 'C' (= captive-bred, dier in gevangenschap gekweekt) of ‘D’ indien u een officieel bij het CITES Secretariaat geregistreerde kwekerij bent.
    • Code: selecteer 'LIV – Levende dieren'.
    • Aanvullende informatie: vul in dit vak alle informatie in die u nodig acht. Bijvoorbeeld: vermelding van een tweede markering indien beschikbaar, enz.
    • Herkomst van het/de specimen(s): kruis vakje 'c' aan als dit een in gevangenschap geboren en gekweekt specimen is.
    • Doel van het/de specimen(s): kruis vakje 'b' aan aangezien dit certificaat een uitzondering is op het verbod op commerciële activiteiten.
    • Opmerkingen: u kunt alle informatie toevoegen die u nodig acht om ons te helpen uw aanvraag te verwerken. Deze informatie verschijnt niet op het certificaat.
  11. Kruis het vak 'Ik voeg de vereiste bewijsstukken bij...' aan.
  12. Klik op de knop 'Opslaan'. U kunt uw aanvraag op elk moment opslaan en er later wijzigingen aan aanbrengen.
  13. Wanneer u de aanvraag hebt ingevuld, klikt u op de knop 'Indienen (zonder betaling)' om deze aan uw winkelmandje toe te voegen.
    Opgelet: als een aanvraag eenmaal in het mandje zit, kunt u deze niet meer wijzigen.
  14. Herhaal alle instructies van punt 1 om een certificaat voor elk nakweekdier aan te vragen.
  15. Wanneer u al uw certificaataanvragen aan uw mandje hebt toegevoegd, klikt u op het tabblad 'Dossiers' en vervolgens op 'Winkelmandje'.
  16. Om uw aanvragen te betalen, klikt u op 'Checkout'.
  17. Volg de instructies voor de betaling.
  18. U kunt online betalen met een creditcard of Maestro (Bancontact en Mister Cash) of door middel van een overschrijving op de rekening die op de factuur vermeld wordt.
    Als u per bankoverschrijving betaalt, vergeet dan niet de gestructureerde mededeling op de factuur te vermelden. Het duurt ongeveer 10 dagen vooraleer de betaling per bankoverschrijving in ons systeem geregistreerd zal staan en uw aanvraag kan behandeld worden.

Ga voor meer informatie over het betalen van uw aanvraag naar de pagina CITES-documenten aanvragen.
 

Volgorde van ringnummers per federatie

U moet altijd het ringnummer in de specifieke volgorde en het specifieke formaat (hoofdletters en spaties) noteren, zoals bepaald door de federatie waarvan u de ringen hebt gekocht.
 

Association Ornithologique Belge (A.O.B.)

Voorbeeld: AOB EK 037 18 U 180

  • AOB = afkorting van de federatie
  • EK 037 = code van de kweker (respecteer de spatie tussen de groep van twee letters en de groep van drie cijfers)
  • 18 = jaar 
  • U = letter die de diameter van de ring aangeeft
  • 180 = nummer van de ring: 2 of 3 cijfers
     

Aviornis International

Voorbeeld: 
Ringen in kunststof: AO 12345 17 003 B6
Ringen in aluminium en roestvrijstaal (rvs): AO 12345 17 501 B 10.0

  • AO = afkorting van de federatie
  • 12345 = code van de kweker: 4 cijfers
  • 17 = jaar (dwars over de ring aangegeven)
  • 003 of 501 = nummer van de ring
  • B = België
  • 6 of 10.0 = diameter van de ring in mm
     

Koninklijke Belgische Ornithologische Federatie

Oud ringnummer

Voorbeeld: BOF 123 456 N 11 001

  • BOF = afkorting van de federatie
  • 123 456 = code van de kweker: twee groepen van drie cijfers
  • N = letter van de diameter van de ring 
  • 11 = jaar 
  • 001 = nummer van de ring

Nieuw ringnummer

Voorbeeld: BOF AF 177 16.0 17 015

  • BOF = afkorting van de federatie
  • AF 177 = code van de kweker: twee letters gevolgd door drie cijfers
  • 16.0 = diameter van de ring in mm
  • 11 = jaar 
  • 001 = nummer van de ring

Werkgroepen 'Europese vogels' van de federatie 

Het symbool € (euro) wordt vermeld in het nummer van de ring
Voorbeeld: BOF € AD 588 22.0 17 001
 

Kweekgroepen Europese Vogels

Voorbeeld: KEV OV002 3.8 17 014

  • KEV = afkorting van de federatie
  • OV002 = code van de kweker: twee letters gevolgd door drie cijfers
  • 3.8 = binnendiameter van de ring in mm 
  • 17 = jaar
  • 014 = nummer van de ring

Opmerking: vóór 2010 werd de ringdiameter aangegeven met een letter.
 

Association belge des amateurs de perruches et de perroquets (ABAP)

Voorbeeld: ABAP VD068 10.0 B 17 011

  • ABAP = afkorting van de federatie of ABAP voor de Franstalige leden
  • VD068 = code van de kweker: twee letters gevolgd door drie cijfers
  • 10.0 = diameter van de ring in mm
  • B = België
  • 17= jaar
  • 011 = nummer van de ring

Opmerking: de oude ringen van deze federatie vermelden de diameter van de ringen niet.
 

West-Vlaamse Parkietenclub (WPC)

Voorbeeld: WPC C174 11.0 17 004

  • WPC = afkorting van de federatie
  • C174 = code van de kweker: twee letters gevolgd door drie of vier cijfers
  • 11.0 = diameter van de ring in mm (kan ook een letter zijn)
  • 17 = jaar
  • 004 = nummer van de ring
     

Limburgse Parkieten Club

Voorbeeld: LPC 2551 5.0 17 001 of €LP1234 12.0 24 001

  • LPC of €LP = afkorting van de federatie
  • 2551 of 1234 = code van de kweker: 3 cijfers
  • 5.0 = diameter van de ring in mm
  • 17 = jaar
  • 001 = nummer van de ring 

Opmerking: op oudere ringen kunnen de laatste twee reeksen omgekeerd zijn.
 

Entente européenne d'aviculture et de cuniculture

Voorbeeld: EE 24 B 16  CA 0655

  • EE = afkorting van de federatie
  • 24 = jaartal
  • B = België
  • 16 = diameter van de ring in mm
  • CA =  Sectie (A voor duiven, B voor hoenders, C voor nominatieve ringen) en Serie
  • 0655 = nummer van de ring
     

Association des Fauconniers Belges 'Club Marie de Bourgogne'

Voorbeeld: CMB PM02 BE17 12.0

  • CMB = afkorting van de federatie
  • PM = initialen van de kweker
  • 02 = nummer van de ring
  • BE = België
  • 17 = jaar
  • 12.0 = binnendiameter van de ring in mm
     

Inbreuken

Inbreuken op de wetgeving in verband met door CITES beschermde soorten zijn strafbaar bij wet.
Voor meer informatie verwijzen we naar de pagina Risico's bij inbreuk.
 

Aanvullende informatie