Grindbedden als hotspots voor biodiversiteit

Grindbedden kwamen in het verleden wijdverspreid voor in onze Noordzee. Vandaag bestaat een deel van deze grindbedden nog steeds, maar jammer genoeg in sterk verarmde toestand (zie figuur). Grindbedden vormen hotspots voor biodiversiteit en hebben een belangrijke functie als broed- en kraamkamer voor heel wat diersoorten. Ze zijn namelijk essentieel voor soorten die een harde ondergrond nodig hebben om hun eieren af te zetten (o.a. wulk, dwerginktvis, fuikhoorns). Andere soorten, zoals de zeekat, hondshaai en andere haaiensoorten, bevestigen hun legsels aan vastgehechte sponzen, mosdiertjes en kolonies van hydroïdpoliepen die binnen gezonde grindbedecosystemen voorkomen.

            Doestellingen

            Voorbereiding

            Uitvoering

            Monitoring

            Nazorg


Grindbed met dodemansduim © Alain Norro/KBIN/OD Natuur 
 

Verstoring van grindbedden

Door het systematisch verwijderen van grote rotsblokken door vissers in het verleden en door de gevolgen van verzanding door andere menselijke activiteiten is de omvang en de structurele kwaliteit van de grindbedden in onze Noordzee sterk afgenomen. De soorten die kenmerkend zijn voor gezonde grindbedden zijn veelal langlevende, traaggroeiende soorten die erg gevoelig zijn voor verstoring. De soortensamenstelling van de overblijvende grindbedden is door de aanhoudende verstoring dan ook sterk gewijzigd: ook hier maakten langlevende soorten die zich langzaam voortplanten grotendeels plaats voor kortlevende, opportunistische soorten. Een aantal kleine grindbedden zijn door hun moeilijk bereikbare ligging deels gespaard gebleven van menselijke verstoring. Deze relictgrindbedden lijken een toevluchtsoord te vormen waar bepaalde kwetsbare soorten die met grindbedden geassocieerd worden, zoals wulken, tolhoorns, spin- en hooiwagenkrabben, zeespriet en dodemansduim, zich nog relatief goed kunnen ontwikkelen. Bovendien werd er onder een van de belangrijkste vaargeulen in het Belgische deel van de Noordzee recent een grindbed ontdekt dat nog in opvallend goede staat is. Het bestaan van deze relictgrindbedden toont aan dat herstel van grindbedden tot de hotspots voor biodiversiteit die ze vroeger waren nog steeds mogelijk is.

©KBIN
 

Herstel van grindbedden

Stand van zaken in onze Noordzee en de omringende wateren

In België werd reeds een voorstudie uitgevoerd over de heraanleg van een grindbed (zie bibliografie). Door het uitblijven van visserijbeperkende maatregelen kon er tot nu toe echter niet worden voldaan aan de nodige randvoorwaarden om dit succesvol uit te voeren. Het invoeren van maatregelen die bodemberoerende activiteiten uitsluiten is namelijk een heel belangrijke vereiste voor een succesvol herstel van grindbedden.

Ook bij onze buurlanden werden tot nu toe nog niet veel projecten uitgevoerd rond herstel van grindbedden. Twee voorbeelden tonen echter aan dat grindbedherstel wel degelijk mogelijk is en de gewenste resultaten kan bieden: gravel-seeding in de UK en blue reefs in Denemarken (zie bibliografie). Er is momenteel nog een hiaat in de kennis over langetermijneffecten van het storten van grindbedden, aangezien de overgang van pioniersgemeenschap naar een stabiele, mature gemeenschap met meer langlevende soorten meerdere jaren in beslag kan nemen.

Doelstellingen van het herstel van grindbedden

Hoofddoelstelling:

Duurzaam herstel van gezonde grindbedden en de daarmee samenhangende langlevende fauna:

  • Het ecosysteem ter hoogte van de grindbedden bereikt een mature staat, waarbij de pioniersgemeenschappen vervangen worden door een gemeenschap met langlevende, traaggroeiende soorten en habitatstructurerende soorten.

  • Herstel van de functie van grindbedden als paaiplaats en kraamkamer voor verschillende vissoorten

Tussendoelstellingen: 

1. Substantieel verminderen van druk door bodemberoerende activiteiten op grindbedden > passief herstel

  • Beperken/uitsluiten van bodemberoering door het nemen van maatregelen ter bescherming van bodemintegriteit in de gebieden waar waardevolle grindbedden voorkomen en/of waardoor natuurherstel waardevolle grindbedden kunnen ontstaan.

  • Zorgen voor een effectieve implementatie van de maatregelen ter bescherming van bodemintegriteit door een adequate handhaving te voorzien.

2. Vergroten van onze kennis over restanten van grindbedden en potentiële herstelmaatregelen

  • Bepalen van locatie(s) waar actief herstel van een grindbed noodzakelijk en haalbaar is op basis van reeds beschikbare data en eventueel extra onderzoek.

  • Opstellen van een specifiek monitoringsplan en opstarten van monitoring in functie van de doelsoorten. Een grondige monitoring van de T0 situatie (de situatie op tijdstip 0, dus voor de maatregelen in voege treden) is hierbij cruciaal.

  • Uitvoeren van een pilootproject waarbij er minimum 1 ha grindbed wordt hersteld door grind te storten (zie KRMS-maatregelenprogramma). Doel van dit project is om een beter inzicht te krijgen in de technische aspecten van het fysische herstel van een grindbed (zoals de geschikte korrelgrootte van het te storten grind, verdeling van verschillende korrelgroottes, gebruik van acceleratoren …) en de meerwaarde die het storten van grind kan bieden ten opzichte van passief herstel van grindbedden.

  • Onderzoek verrichten naar andere milieubevorderende maatregelen, zoals het stofzuigen van grindbedden om bovenliggend fijn sediment te verwijderen. Indien opportuun wordt ook hiervoor een proefproject opgestart.

3. Herstellen van de grindbedden en de daarmee samenhangende langlevende fauna > actief herstel

  • Op ruimere schaal grindbedden aanleggen, indien dit opportuun blijkt op basis van de resultaten van het pilootproject van het storten van minimum 1 ha grind.

  • Op ruimere schaal andere milieubevorderende maatregelen toepassen op de grindbedden, indien dit opportuun blijkt op basis van de resultaten van een eventueel proefproject hieromtrent.


​​4. Sensibiliseren van stakeholders en het grote publiek over het belang van gezonde grindbedden

Flowchart herstel van grindbedden

Voor het herstel van grindbedden focussen we op korte termijn op het aanleggen van een testlocatie van minimum 1 ha groot2. De resultaten van deze test kunnen later gebruikt worden om eventueel op grotere schaal grindbedden te herstellen. De flowchart die hieronder wordt voorgesteld, focust op de aanleg van het testgrindbed. 

Voorbereiding

Om sedimentatie van het aangelegde grindbed te voorkomen, is het van belang om op zoek te gaan naar een locatie waar de bodemschuifspanning hoog genoeg is en/of waar weinig zand aanwezig is. Een studie van IMDC  (zie bibliografie) onderzocht de geschiktheid van de toenmalige zones waarbinnen visserijmaatregelen voorgesteld werden om grind te storten op vlak van bodemschuifspanning en uit ecologisch oogpunt. Eens de locatie van de zones ter bescherming van de bodemintegriteit vastligt, zullen we bekijken of de studie van IMDC nog als up to date beschouwd kan worden.

Naast het kiezen van de geschikte zone voor het herstel van een grindbed is ook de keuze van het type grind en de herkomst van dit grind van belang (zie tabel). Het gebruik van natuurlijk marien grind is goedkoop als het in de nabijheid geëxtraheerd wordt en geeft de grootste kans op de ontwikkeling van een gemeenschap die typerend is voor mariene grindbedden. Een groot nadeel hierbij is dat dit grind weggehaald moet worden uit een ander marien gebied. Een mogelijk alternatief is het gebruik van materiaal dat van op het land afkomstig is; dit kan zowel bestaan uit natuurlijke stenen als uit artificiële materialen. We verwachten echter dat de gemeenschap die op deze substraten zal ontwikkelen zal verschillen van diegene die op natuurlijke mariene harde substraten voorkomen. De voorkeur gaat dus uit naar gerecycleerd substraat van mariene origine. Bijvoorbeeld afkomstig van grindextractie voor de aanleg van kabels, of van zeeweringen die afgebroken worden voor de uitbreiding van havens.

Ook de korrelgrootteverdeling van het grind is een belangrijke factor. Op basis van nog bestaande grindbedden in Engeland en Nederland wordt ervan uitgegeaan dat er in natuurlijke grindbedden een heterogene verdeling is van grind en zand. Er moet een plan worden opgemaakt om de optimale verdeling van grind t.o.v. zand te bepalen, waarbij eventueel verschillende scenario’s uitgetest kunnen worden.

Tabel afkomstig uit de studie van IMDC (2017) met de verschillende opties op vlak van substraat, hun voor- en nadelen en de verschillende mogelijke scenario’s op vlak van spatiale verdeling van het substraat
 

Uitvoering

Het storten van grind kan door een professionele aannemer uitgevoerd worden en neemt in principe slechts enkele dagen in beslag. Wanneer gebruik gemaakt wordt van een onderlaag van grind wordt deze best eerst gestort, om vervolgens de grotere stenen en als laatste de rotsblokken te storten. Het grind kan zowel met een ‘fall pipe vessel’ als met een ‘side stone installation vessel’ gestort worden, waarbij de eerste optie preciezer maar duurder is.

Er kunnen verschillende types schepen gebruikt worden voor het storten van grind. Links: de fall pipe vessel, rechts: side stone installation vessel ©offshore-fleet.com en vanoord.com
 

Monitoring van het grindbed

De monitoring van het grindbed kan worden opgesplitst in 3 facetten: ecologische monitoring, geofysische monitoring en hydromorfologische monitoring. Het is cruciaal om een sterk monitoringsprogramma op te starten voor de aanleg van het grindbed, zodat de nodige kennis uit dit project kan worden meegenomen bij het bepalen van de vereiste monitoring van het pilootproject en de concrete uitwerking ervan. 

Ecologische monitoring van het grindbed

De installatie van het grindbed zal hoogstwaarschijnlijk in de zomer gebeuren, omdat de weersomstandigheden dan het meest geschikt zijn voor dergelijke technische operaties. Aangezien de meeste larven van epibenthische soorten (soorten die op de oppervlakte van de bodem leven) zich in de lente settelen, wordt er weinig groei verwacht tijdens het eerste jaar. De kolonisatie van een hard substraat is een traag proces dat reeds uitgebreid gedocumenteerd werd op andere locaties. Aangezien we streven naar de ontwikkeling van een mature gemeenschap kan een eerste monitoringcampagne dus minstens 2 jaar na installatie van het grindbed plaatsvinden. Op lange termijn kunnen de monitoringcampagnes herhaald worden om de 2 à 3 jaar. Dit is een minimumvoorstel tot monitoring, een uitgebreider monitoringprogramma kan opgesteld worden, afhankelijk van de vooropgestelde noden voor onder andere outreach. Een bijkomende interessante optie om hierbij te onderzoeken is het gebruik van Autonome Rif Monitoring Structuren: 3D structuren die voor bepaalde tijd op de zeebodem geplaatst worden waarna de aanwezige organismen op de structuren bestudeerd worden.

Geofysische monitoring van het grindbed

Het doel van de geofysische monitoring is het in kaart brengen van het grindbed, het bepalen van veranderingen in de morfologie in en rond de projectlocatie en het bepalen van sedimentatie op basis van bodemschuifspanning.
 
De uiteindelijke positie van de testlocatie wordt bepaald op basis van een ‘multibeam echosounder survey’ (MBES) bathymetrisch onderzoek voor de installatie. Dit onderzoek bepaalt aan de hand van sonars de diepte van de zeebodem en brengt het reliëf ervan in kaart. De installatie van een grindbed verstoort het natuurlijke morfologische evenwicht van de site. Aangezien de sterkste verstoring van de zeebodem verwacht wordt direct na de aanleg van het grindbed is een hoge onderzoeksfrequentie op korte termijn wenselijk (interval van ongeveer 3 weken, kan in combinatie gebeuren met de hydro-en morfodynamische controle). Op langere termijn zal het systeem evolueren naar een nieuw evenwicht en kan de frequentie van de geofysische monitoring sterk verlaagd worden. Om de impact van stormen op het grind te beoordelen en om een beeld te krijgen van de nabijgelegen zeebodem mobiliteit, is een monitoring voor en na het winterseizoen aan te raden.

Nazorg: handhaving

Een goede handhaving is essentieel om de nieuw aangelegde grindbedden te vrijwaren van verstoring en bodemberoering. Een studie om na te gaan welke vormen van handhaving hiervoor opportuun zijn, is aangewezen. Deze studie wordt best uitgevoerd voor de aanleg van het grindbed, zodat de handhaving na implementatie meteen gegarandeerd kan worden.