Een belangrijk internationaal akkoord regelt de productie en het gebruik van POP’s (Persistente Organische Verontreinigende Stoffen) op internationaal vlak: het Verdrag van Stockholm.
Dit verdrag betekent een aanzienlijke vooruitgang op het vlak van de bescherming van het milieu en de bevolking op wereldniveau. Het stelt alle landen in staat om zich te beschermen tegen de risico’s van deze giftige stoffen. Tot slot legt het ook de wereldnormen inzake volksgezondheid en milieubescherming vast.
De invoer en uitvoer van deze stoffen wordt ook gereglementeerd.
Het Verdrag van Stockholm
Het Verdrag van Stockholminzake POP’s is een wereldwijd verdrag dat werd goedgekeurd in Stockholm (Zweden) in mei 2001 en in werking trad in mei 2004. De lijst van de staten die het ondertekend en geratificeerd hebben kan online worden geraadpleegd.
1. Het verdrag beoogt in de eerste plaats de eliminatie van de stoffen die erkend zijn als POP’s omwille van hun specifieke kenmerken, door een verbod op de productie en het gebruik en door de vernietiging van de voorraden.
Deze maatregelen hebben betrekking op de in bijlage A van de tekst genoemde stoffen: aldrin, chloordaan, chloordecon, decabroomdifenylether (commercieel mengsel, c-decaBDE), dicofol, dieldrin, endrin, heptachloor, hexabroombifenyl, hexabroomcyclododecaan (HBCDD), HCB, hexachloorbutadieen, alfa-HCH, beta-HCH, lindaan, mirex, PeCB pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan, PCB's, polychlooraftalenen, hexa- en heptabroomdifenylether, perfluoroctaanzuur (PFOA) en de zouten daarvan en met PFOA verwante verbindingen, gechloreerde paraffines met een korte keten, endosulfan, tetra- en pentabroomdifenylether en toxafeen.
Translated with DeepL
2. Daarnaast voorziet de tekst ook een beperking van het gebruik van de POP’s (uit bijlage B) wegens een gebrek aan kennis over de producten waarin ze worden gebruikt of een gebrek aan een veilig, doeltreffend en betaalbaar alternatief. Dat is het geval voor DDT, perfluoroctaansulfonzuur (PFOS) en zouten ervan, en perfluoroctaansulfonylfluoride (PFOSF).
3. Tot slot werden de emissies beperkt van POP's die onopzettelijk door menselijke activiteiten, waaronder industriële activiteiten, vervoer en de woonsector, worden geproduceerd (HCB, HCBD, PeCB, PCB's, dioxinen en furanen, polychloorbifenylen). Deze stoffen staan vermeld in bijlage C..
Het Verdrag neemt de POP’s dus op in drie bijlagen. Oorspronkelijk werden er 12 stoffen tot de POP’s gerekend, ondertussen ligt dat aantal op 30 (huidig antaal).
De Partijen die het Verdrag ondersteunen komen elke twee jaar samen om de doeltreffendheid van het Verdrag te evalueren en eventuele amendementen toe te voegen aan de bijlagen.
De lijst van stoffen die werden geidentificeerd als POP's evenals de lijst van de nieuwe stoffen die momenteel worden geëvalueerd, is online beschikbaar. Voor meer informatie, zie website www.pops.int en de rubriek « Meer over dit thema».