De uitoefening van het recht op inspraak wordt in het Verdrag geregeld zowel op het niveau van de inspraak als op het niveau van het beroep tegen tekortkomingen van het inspraakproces.
Ter herinnering: de overheidsinstanties moeten inspraak van het publiek organiseren voorafgaand aan de vergunning van een aantal industriële activiteiten.

Wanneer kan het?

De tekortkomingen in kwestie zijn zowel van toepassing op het naleven van de procedures (de inspraak werd niet of op een onjuiste manier georganiseerd) als op het eigenlijke besluit zelf (“de inhoud”).

Wie kan actie ondernemen?

Om een actie te ondernemen moet men een voldoende belang hebben of zich kunnen beroepen op een inbreuk op het recht.

Waar kan men terecht?

In het kader van hun vergunningsprocedures, heeft elk gewest in België administratieve beroepsorganen in het leven geroepen.

U kunt zich ook richten tot de Raad van State om een beslissing nietig te laten verklaren op grond van machtsmisbruik.

Meer informatie?

  • Artikel 9.2 van het Verdrag
  • Voorbeeld 1:

    Een omstreden, maar bekrachtigde overheidsbeslissing

    Een particulier startte een beroepsprocedure bij de Raad van State om de milieuvergunning voor een windmolenpark in een landbouwzone te schorsen. De klager argumenteerde met name dat de inplanting van de windmolens een aantasting zou vormen van het harmonieuze landschap, waar een historisch of archeologisch patrimonium aanwezig is. Hij kreeg van de Raad van State echter geen gelijk, omdat de aantasting van het landschap niet werd aangetoond en er dus geen ernstig nadeel werd berokkend.

  • Voorbeeld 2:

    Een beslissing van de Raad van State

    Een natuurvereniging spande bij de Raad van State een kortgeding aan om een beslissing van een gemeentebestuur te laten schorsen. De beslissing behelsde het tot ontploffing brengen van een rots die volgens het gemeentebestuur dreigde af te brokkelen. De Raad van State ging in op de vraag van de eiser en steunde daarbij op het argument dat de vernietiging van de rots – een beschermd natuurgebied – inging tegen een bepaling van het gewestelijk wetboek inzake ruimtelijke ordening, die het begrip “natuurgebied” definieert en de toegelaten interventies daarin beperkt tot het behoud van de beschermde biotoop. De geplande vernietiging zou volgens de Raad van State onherstelbare schade hebben toegebracht.

  • Voorbeeld 3:

    Een strafrechtelijke vordering van een milieuvereniging

    Een actie tegen wildstroperij leidde tot de arrestatie van een individu dat zich al meermaals schuldig had gemaakt aan het illegaal vangen van beschermde vogelsoorten met behulp van netten. Bij de interventie kon beslag worden gelegd op het voertuig van de stroper (dat werd gebruikt voor het illegaal transport van vogels). Het Parket stond een huiszoeking toe in de woning van de stroper, waarbij de vogels in zijn volières in beslag werden genomen. Een vereniging voor vogelbescherming diende daarna klacht in bij het Parket en stelde zich burgerlijke partij in deze zaak, die door een Correctionele Rechtbank werd behandeld.

  • Voorbeeld 4:

    Een stakingsvordering tegen landbouwverontreiniging ingediend bij de Voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg

    Een veehouder herbergde geregeld honderden runderen in zijn stallen. Dat zorgde voor een stroom van mestgier tot op een aanpalende eigendom. De veehouder beschikte niet over de nodige vergunning en had geen aangepast afvoersysteem voor de mestgier aangelegd. De Procureur des Konings en de betrokken gemeente dienden daarop een vordering in om de stopzetting van de verontreiniging te eisen. De Voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg was van mening dat – hoewel de verontreiniging slechts af en toe voorkwam, niet grootschalig was en slechts enkele buren hinderde – zij niettemin een aantasting van het leefmilieu vormde.