Het PRTR-protocol

Artikel 5.9 van het Verdrag bepaalt dat elke Partij geleidelijk een systeem van inventarisatie inzake de uitstoot van verontreinigende stoffen zal uitwerken dat toegankelijk is voor het publiek. Overeenkomstig dit artikel werd in mei 2003 het protocol van de registers inzake de uitstoot en de overbrenging van verontreinigende stoffen (PRTR-protocol) getekend in Kiev tijdens de 5e conferentie 'Een milieu voor Europa' door 36 Lidstaten van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (UNECE) en de Europese Commissie. Dit protocol staat ook open voor staten die het Verdrag van Aarhus niet hebben ondertekend of geen Partij zijn bij het Verdrag en voor staten die niet behoren tot de UNECE. Het protocol is op 8 oktober 2009 in werking getreden. In januari 2015 telde het 33 Partijen, waaronder België en de Europese Unie.

Ook binnen het protocol is er een Vergadering van Partijen. Dit orgaan evalueert de voortgang van de implementatie van het protocol en neemt beslissingen om de doelstellingen van het protocol te bereiken.

- De eerste Vergadering van Partijen vond plaats in 2010 in Genève (Zwitserland).
- De tweede Vergadering van Partijen vond plaats in 2014 in Maastricht (Nederland).

Het PRTR-register inzake de uitstoot en de overbrenging van verontreinigende stoffen

De transparantie wat betreft de verontreiniging door bedrijven bevorderen: dat is de doelstelling van de inventaris inzake de uitstoot en de overbrenging van verontreinigende stoffen of 'PRTR' (staat voor 'pollutant release and transfer register'). Deze informatietool betreft niet minder dan 86 verontreinigende stoffen in de lucht, het water en in de bodem, en informatie over de overbrenging van afval(water). Iedereen in België kan deze gegevens vrij raadplegen via de websites van de drie Gewesten (zie de rechtstreekse linken onderaan deze pagina).

Wie moet meewerken aan het PRTR?

De eigenaars of de uitbaters van vestigingen, waar tenminste één activiteit plaatsvindt die in Bijlage I van het Protocol is opgenomen, moeten in het kader van hun integratie in het PRTR-register de uitstoot en overbrenging van 86 verontreinigende stoffen aan de overheid meedelen wanneer de vastgelegde drempelwaardes, zoals opgenomen in bijlage II van het Protocol, worden overschreden. Ze moeten ook rapporteren over hun afvalproductie.Thermische centrales, mijnexploitaties, de houtindustrie, de metaalindustrie, chemische fabrieken, fabrieken gespecialiseerd in afvalwaterverwerking of papierpap komen bijvoorbeeld in aanmerking.

Welke verontreinigende stoffen?

Volgens het Protocol betekent de term 'verontreinigende stof' elke stof of groep van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor het milieu of de menselijke gezondheid omwille van de eigenschappen ervan, met name bij de introductie ervan in het milieu.

De lijst met de 86 verontreinigende stoffen bevat onder andere benzeen, methaan of kwik maar ook groepen van stoffen zoals vluchtige organische stoffen, broeikasgassen of zware metalen. De volledige lijst wordt in detail behandeld in Bijlage II van het Protocol.

Volgens het protocol betekent de term “afvalstoffen” alle stoffen of voorwerpen die
a. zijn verwijderd of nuttig zijn toegepast;
b. bestemd zijn voor verwijdering of nuttige toepassing; of
c. ingevolge de bepalingen van de nationale wetgeving moeten worden verwijderd of nuttig moeten worden toegepast.

Een nuttig register toegankelijk voor iedereen

De toegankelijkheid van het PRTR wordt zo breed mogelijk opgevat. Iedereen moet het gemakkelijk en gratis via elektronische weg kunnen raadplegen. Daarom wordt het PRTR ook op het internet geplaatst en moet de organisatie van de gegevens zo doorzichtig mogelijk zijn.

Het opstellen van het PRTR-register en de transparantie ervan is voor vele partijen een pluspunt:

  • de burger en de milieuverenigingen kunnen milieu-informatie zowel op lokaal als op globaal niveau raadplegen;
  • de overheid kan bepaalde tendensen volgen inzake de uitstoot van bepaalde verontreinigende stoffen en de overbrenging van afval, en ook de vooruitgang van het milieubeleid;
  • de bedrijven zelf beschikken op die manier over een nuttige informatiebron die hen in staat stelt om hun milieuprestaties te verbeteren.

Transparante en gecontroleerde informatie

De gegevens die aan het PRTR worden doorgespeeld en jaarlijks worden geactualiseerd, moeten een identieke structuur volgen voor alle partijen die eraan meewerken. De gebruikte parameters zijn het soort activiteiten, het type verontreinigende stof of afval, de geografische ligging, het milieu enz. Deze coherentie garandeert de transparantie van de gegevens. Anderzijds worden ze ook kwalitatief gecontroleerd door de bevoegde instantie.

Toepassing in België

België heeft actief deelgenomen aan de opstelling van het PRTR-Protocol en dit vanaf de eerste onderhandelingen in 2001. Na de formele goedkeuring en de ondertekening van het Protocol tijdens de Ministeriële Conferentie 'Een milieu voor Europa', te Kiev in mei 2003, bleef België op het voorplan, zowel binnen de Europese Unie als binnen de werkgroep die zich bezighield met de discussies omtrent het Protocol.

De bepalingen van het PRTR-protocol werden voorts in een Europese Verordening gegoten (166/2006 van 18 januari 2006) die in werking trad op 24 februari 2006. België is dan ook dadelijk met het bekrachtigingsproces van het Protocol begonnen en heeft dat op 12 maart 2009 voltooid. Op 8 oktober 2009 is het protocol op internationaal vlak in werking getreden.

De Gewesten zijn verantwoordelijk voor de toepassing van de bepalingen van het protocol. De federale overheid is enkel bevoegd voor de bepalingen in verband met de toegang tot de rechter.

België stelt de gegevens ter beschikking via de volgende kanalen:

Meer informatie

  • De PRTR-rubriek met de volledige tekst van het Protocol op de site van het Verdrag van Aarhus (in het Engels)
  • Het Europese PRTR (E-PRTR) op het Milieuportaal van de Europese Commissie (in het Engels)
  • De PRTR portaalsite van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) (in het Engels)