De toegang tot informatie vormt de eerste pijler van het Verdrag van Aarhus. Het verdrag verenigt zo rechtstreeks democratie met transparantie van de administratie. Het kernprincipe bepaalt dat iedereen het recht heeft om officiële milieu-informatie te krijgen van de overheid. Bijgevolg is er geen enkele verantwoording vereist om een vraag om informatie in te dienen. Dit recht geldt ook voor niet-Belgische burgers of niet-ingezetenen.

Wat is 'milieu-informatie'?

De uitdrukking “milieu-informatie” omvat verschillende begrippen. Inhoudelijk kan de burger vrij informatie vragen over:

  • de toestand van het milieu en de elementen ervan: de lucht, het water, de bodem, het landschap, de natuurgebieden, etc.;
  • de biologische diversiteit, GGO’s inbegrepen;
  • de factoren die het milieu kunnen aantasten: bepaalde stoffen, energie, geluid, straling, lozingen, etc.;
  • plannen, programma’s, het gevoerde beleid, de wetgeving, de economische analyses, etc.;
  • de gezondheidstoestand van de mens, de veiligheid van de bevolking, de leefomstandigheden;
  • de toestand van de culturele sites en bouwwerken die aangetast kunnen worden door de toestand van het milieu.

Wat betreft de vorm kan de burger zowel geschreven informatie (documenten) als visuele, auditieve of elektronische informatie opvragen. In elk geval moet het gaan om informatie die op een matieriële drager staat.

Vraag van de burger of initiatief van de overheid

In het Verdrag komen zowel de passieve als de actieve openbaarheid op het vlak van milieu aan bod.

  • Passieve openbaarheid:

In dit geval is het de burger die het initiatief neemt door een bepaalde vraag om informatie te richten tot de overheid. Die is verplicht hem deze informatie te verlenen, ten laatste binnen de maand. (met mogelijkheid tot uitstel als de aanvraag complex en/of uitgebreid is)..

  • Actieve openbaarheid:

In dit geval is het de overheid die de informatie spontaan verleent aan het publiek onder de vorm van papieren publicaties of een website die makkelijk toegankelijk zijn.

Tot wie zich richten?

De burger kan informatie opvragen bij elke overheidsinstantie, met andere woorden:

  • Bij de “gewone” overheidsinstanties (federale, gewestelijke, gemeentelijke, intercommunale…);
  • Bij elke natuurlijke of rechtspersoon:
    • die openbare bestuursfuncties uitoefent, in het bijzonder met betrekking tot het milieu;
    • die op het vlak van milieu, openbare diensten verleent en dit onder toezicht van een orgaan dat deel uitmaakt van de twee bovenvermelde categorieën.

Kan de overheid weigeren informatie vrij te geven aan de burger?

In bepaalde gevallen, die in het Verdrag worden beschreven, kan de overheid weigeren informatie mee te delen. De interpretatie van deze welbepaalde weigeringsgronden moet echter strikt gebeuren en het openbare belang beogen. De overheid moet de weigering overigens kunnen motiveren en de aanvrager kan hiertegen beroep aantekenen.

Voor meer informatie over de verschillende procedures die in België van kracht zijn, zie Toepassing in België voor de websites van de federale overheid en de gewesten.