In België vallen de drie pijlers van het Verdrag van Aarhus onder de bevoegdheid van uiteenlopende instanties op verschillende niveaus.

Milieukwesties werden grotendeels overgeheveld naar de drie Gewesten, die na de Staatshervorming van 1993 binnen de federale staat een zekere autonomie kregen. Niettemin heeft de federale overheid nog steeds belangrijke bevoegdheden op het gebied van het leefmilieu. Als dusdanig heeft de toepassing van het Verdrag in België dan ook een gemengd karakter. Binnen hun specifieke bevoegdheden, moeten alle betrokken instanties instaan voor de toepassing van het Verdrag.

Zo is België pas Partij geworden bij het Verdrag nadat alle betrokken parlementen hun goedkeuring hadden verleend. Meer info omtrent de goedkeuring van het Verdrag:

De toepassing op Belgisch niveau: pijlers en betrokken instanties

Pijlers van het Verdrag

Bevoegde Belgische instanties

Toegang tot informatie

Met betrekking tot het leefmilieu

Algemeen principe van de openbaarheid van bestuur (voor alle materies)

Het recht om een afschrift te krijgen van elk document uitgaande van een overheidsinstantie wordt gegarandeerd door artikel 32 van de Grondwet. Zowel de Gewesten als de federale overheid zijn bevoegd voor de openbaarheid van bestuur, elk binnen de eigen bevoegdheidssfeer. Dit algemeen principe geldt dus ook voor milieuaangelegenheden.De teksten van de wetten en decreten van de verschillende overheden inzake algemene openbaarheid van bestuur kan u raadplegen op de website van het Belgisch Staatsblad

  Inspraak van het publiek

Plannen en programma's

Vergunningen inzake industriële projecten

Effectenrapport

  Toegang tot de rechter

Niet-gerechtelijke administratieve beroepsprocedures

 Gerechtelijke beroepsprocedures

Meer informatie: Milieumateries in het Belgische federale kader