In het rapport ‘Zorgactiviteit in psychiatrische instellingen’ wensen we u een overzicht te bieden van een aantal kerncijfers omtrent de werking van de psychiatrische ziekenhuizen (PZ) en de algemene ziekenhuizen met een psychiatrische afdeling (PAAZ) voor het jaar 2018[1]. Deze instellingen werken de laatste jaren steeds meer in netwerkverband naargelang de doelgroep voor volwassenen en kinderen. In het huidige rapport vindt u onder meer een cartografische voorstelling van het aantal verblijven die in de huidige netwerken plaatsvinden. Hierbij dient men rekening te houden met het feit dat de netwerken omwille van historische redenen sterk kunnen verschillen: enerzijds wat betreft de grootte van het netwerk qua oppervlak en aantal inwoners en anderzijds wat betreft het zorgaanbod. Dit zowel qua grootte van het zorgaanbod als qua aard van de aangeboden zorgen. |
![]() |
In het rapport wordt verder een overzicht weergegeven van het aantal verblijven die werden aangevangen in het betreffende jaar per type instelling, type hospitalisatie (voltijds waarbij de patiënt dag en nacht in het ziekenhuis verblijft en partiële hospitalisaties waarbij de patiënt enkel overdag of enkel ’s nachts in het ziekenhuis verblijft).
Verder vindt u in dit overzicht een opsplitsing terug van het aantal verblijven per regio, per netwerk en volgens leeftijd en geslacht.
In het overzicht per regio kan u filters plaatsen op het type van ziekenhuis (PAAZ of PZ) en het type van hospitalisatie (voltijds of partieel). In verhouding tot het aantal inwoners is het aantal nieuwe, voltijdse verblijven in de Brusselse psychiatrische ziekenhuizen kleiner dan in de andere gewesten maar ligt dit cijfer hoger voor partiële verblijven. In PAAZ stellen we duidelijk minder voltijdse verblijven per inwoner vast in Wallonië ten opzichte van de andere gewesten. Het aantal partiële verblijven in PAAZ is echter hoger in deze regio. In het algemeen ligt het aantal verblijven per inwoner in Vlaanderen hoog.
Het verschil in aantal verblijven tussen mannen en vrouwen is relatief klein. Wel kunnen we zien dat bij vrouwen de hoogste frequentie zich situeert in de leeftijdscategorie van 50 tot en met 54 jaar, terwijl dit bij mannen van 35 tot en met 39 jaar is.
Ten slotte wordt zowel voor de partiële verblijven als voor de voltijdse verblijven de evolutie weergegeven van het aantal ligdagen. Het aantal ligdagen gaat uit van het totaal aantal ligdagen binnen de instellingen die gedurende dat jaar gerealiseerd werden. We kunnen observeren dat het aantal verblijven de laatste 10 jaar in partiële hospitalisatie toegenomen is. Het aantal gerealiseerde ligdagen per jaar in de instellingen blijft stabiel. Bij voltijdse hospitalisaties observeren we eveneens een toename van de verblijven maar stellen we een afname vast van aantal gerealiseerde ligdagen. Hoewel er geen oorzakelijk verband kan aangetoond worden tussen de vermindering van het aantal ligdagen en de initiatieven die in het kader van de hervorming in de geestelijke gezondheidszorg werden genomen, kunnen we niettemin vaststellen dat deze tendens voor de voltijdse verblijven wel degelijk overeenstemt met de doelstelling van de hervorming. Zoals reeds eerder aangehaald wordt er in de hervorming uitgegaan van het principe dat een opname in een ziekenhuis zoveel mogelijk voorkomen dient te worden en dat wanneer dit toch noodzakelijk blijkt de duur van het verblijf zo kort mogelijk moet gehouden worden.
[1] In het overzicht van de instellingen kan u zien dat sommige instellingen deel uitmaken van een ziekenhuisfusie. Deze instellingen hebben hetzelfde erkenningsnummer. De administratieve zetel van die fusie wordt aangeduid als “hoofdsite”, de overige instellingen als “secundaire site”. Ziekenhuizen “met universitair karakter” beschikken over een aantal universitaire bedden. Bij “universitaire ziekenhuizen” hebben meer dan de helft van de ziekenhuisbedden het statuut van universitair bed.
Contact information
FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
Directoraat-generaal Gezondheidszorg
Dienst Data en Beleidsinformatie