5 uur ’s morgens, er hangt een dichte mist boven het Belgisch deel van de Noordzee. Vlak bij de windmolenparken komt een LNG-tanker in aanvaring met een containerschip met 24.000 containers aan boord. Het containerschip is zwaar beschadigd en maakt slagzij. De brandstoftanks hebben schade opgelopen en er lekt stookolie uit het 400 meter lange schip.
Bovenstaand scenario is gelukkig geen realiteit. Ze vormde wel het uitgangspunt van een indrukwekkende, grootschalige oefening (Pollution Exercise of PolEx) op onze Noordzee, georganiseerd door de dienst Marien Milieu van de FOD Volksgezondheid. Deze dienst is verantwoordelijk voor pollutiebestrijding in het Belgisch deel van de Noordzee. Ze beschikt in Oostende over een grote loods met gespecialiseerde uitrusting voor de bestrijding van vervuiling op zee, zoals olievlekken of gevaarlijke stoffen.
Om een olievlek op het water na te bootsen wordt stro gebruikt.
Oliebestrijding in een complexe omgeving
De Noordzee is een van de drukst bevaren zeegebieden ter wereld, met jaarlijks meer dan 160.000 vaarbewegingen (meer dan 400 per dag!). Tel daarbij de aanwezigheid van windmolenparken, kabels, en pijpleidingen en het is duidelijk dat incidenten om een snelle, gecoördineerde aanpak vragen als we het mariene milieu en de kust willen beschermen. De dienst Marien Milieu organiseert daarom maandelijks drills en twee keer per jaar een grote oefening, waarin alarmprocedures, communicatie en de inzet van materieel uitgebreid getest worden.
De oefening van dit jaar was extra bijzonder doordat ze plaatsvond binnen de context van een bredere Multipurpose Maritime Operation (MMO). Naast Belgische schepen namen ook het Franse steunschip L’Argonaute, Frans personeel en een door EMSA (Europees Agentschap voor Maritieme Veiligheid) gecharterd vaartuig deel aan de operatie.
De Sirius en de Argonaute in actie.
Inzet van gespecialiseerd materiaal
Er waren zeven schepen betrokken bij de oefening, net als het kustwachtvliegtuig (van het Instituut voor Natuurwetenschappen) en een drone. Er werden verschillende oliebestrijdingsmiddelen getest. De Sirius en de Zeetijger, beide vaartuigen van DAB Vloot (de rederij van de Vlaamse overheid), werden uitgerust met respectievelijk de Current Buster 4, om de olie te verzamelen, en met zijarmen en een skimmer om de olie op mechanische wijze te recupereren. Om de olievervuiling na te bootsen werd gebruik gemaakt van stro.
“Een goede voorbereiding en een goede samenwerking met alle partners is cruciaal om efficiënt te kunnen optreden wanneer een ramp zich zou voordoen in onze Noordzee”, zegt Tom Germonpré van de dienst Marien Milieu. “Dankzij regelmatige oefeningen zoals deze PolEx blijft België, samen met zijn partners, paraat om het mariene milieu te beschermen.”