Deze zestiende Conferentie van de Verenigde Naties over Biodiversiteit, de eerste bijeenkomst sinds de historische overeenkomst die in 2022 werd bereikt, vormde een belangrijke fase in de bescherming van de biodiversiteit. De verwachtingen in Cali waren hooggespannen, vooral wat de financiering van het wereldwijde kader voor biodiversiteit (GBF - Global Biodiversity Framework) betrof. Experts van de FOD Volksgezondheid droegen actief bij aan de onderhandelingen. Hoewel een volwaardig financieel akkoord nog niet is goedgekeurd, werd op verschillende fronten opmerkelijke vooruitgang geboekt, bijvoorbeeld op het vlak van genetische rijkdommen, de betrokkenheid van inheemse gemeenschappen bij besluitvormingsprocessen en het behoud van de mariene biodiversiteit.
Naar een akkoord over de financiering van het GBF tegen 2025?
De besprekingen over de financiering werden gezamenlijk voorgezeten door Brazilië en België. Hoewel er tijdens de COP geen formeel akkoord werd bereikt, worden de onderhandelingen voortgezet.
"Het is niet zo dat er geen inspanningen gebeuren om geld te mobiliseren. En het is ook niet zo dat de rijkere landen niet willen betalen. De conferentie is niet formeel afgesloten, maar alleen opgeschort. Dat geeft ruimte om later te landen. Ik vermoed dat er wellicht dit jaar nog een vervolgconferentie komt, waarin de zaken uitgeklaard en beklonken worden", verduidelijkt Ines Verleye, de Belgische co-voorzitter van de onderhandelingen over de financiering.
Foto van Ines Verleye, expert bij FOD Volksgezondheid en hoofd van de Belgische delegatie in Cali. Foto door IISD/ENB | Mike Muzurakis
Genetische bronnen gebruiken ten voordele van iedereen
Met de goedkeuring van het Cali-fonds kunnen bedrijven die genetische informatie uit de natuur (DSI - Digital Sequence Information) gebruiken om producten te ontwikkelen, een deel van hun inkomsten aan het fonds doneren. Dit geld zou verdeeld worden als compensatie aan landen die een grote hoeveelheid van deze genetische informatie in hun natuur bezitten en om lokale inheemse gemeenschappen te ondersteunen. België heeft in dit dossier een voortrekkersrol gespeeld.
De deelname van inheemse gemeenschappen aan besluitvorming verbeteren
Er is een nieuw werkplan aangenomen om de belangen van inheemse bevolkingsgroepen beter te behartigen in alle VN-biodiversiteitsonderhandelingen. Het is essentieel om deze gemeenschappen te betrekken, omdat ze leven en werken in gebieden die rijk zijn aan biodiversiteit en bijdragen aan het behoud ervan, maar daardoor ook bijzonder kwetsbaar zijn voor de gevolgen van klimaatverandering.
Betere bescherming van mariene gebieden die ecologisch waardevol zijn
In Cali werd ook de herziene procedure voor de aanduiding van nieuwe en de aanpassing van bestaande EBSA’s (Ecologically or Biologically Significant Areas) aangenomen. Deze discussie liep al vele jaren. EBSA’s zijn mariene gebieden die in een database opgenomen worden omdat ze ecologisch of biologisch waardevol zijn. Deze gebieden zouden later eventueel ook gebruikt kunnen worden voor de aanduiding van toekomstige MPA’s (marine protected areas). Deze historische beslissing is weer een goede stap in de richting van het erkennen van de waarde van de biodiversiteit in onze zeeën en oceaan.
Biodiversiteit mainstreamen
Het integreren of mainstreamen van biodiversiteit doorheen alle lagen van de overheid en de maatschappij is cruciaal voor het behalen van de doelstellingen van het Biodiversiteitsverdrag en dus ook voor de implementatie van het GBF en draagt bij aan de doelstellingen van heel wat andere milieuverdragen. Hoewel hier al heel wat instrumenten en oplossingen voor bestaan, zijn ze niet zichtbaar genoeg en vinden ze hun weg niet naar de betrokken actoren, in het bijzonder die in de private sector. Daarom werd er tijdens deze COP16 een traject uitgezet met heel concrete activiteiten om dit te verhelpen.
Coherentie van het beleid versterken in de strijd tegen biodiversiteitsverlies, klimaatverandering en landdegradatie
Hierbij zal in 2025 de mogelijkheid tot een gezamenlijk werkprogramma bekeken worden, in samenwerking met de Joint Liaison Group, het informeel forum dat werd opgericht door de drie Rio-conventies: het VN-klimaatverdrag, VN-biodiversiteitsverdrag en VN-verdrag ter bestrijding van woestijnvorming. Daarnaast zullen ook vrijblijvende richtlijnen worden uitgewerkt voor het ontwerp, de implementatie en het opschalen van natuurgebaseerde oplossingen voor klimaatmitigatie en -adaptatie.