Zowel op de werkplaats als in ons privéleven hebben we vaak te maken met te veel “decibels” (tijdens concerten en festivals, in de bioscoop). Oordopjes of beschermende koptelefoons kunnen onze oren beschermen tegen onherroepelijke gehoorschade.
Op Europees niveau bestaan er wettelijke verplichtingen op de kwaliteit van persoonlijke gehoorbeschermingsmiddelen: richtlijn 89/686/EEG voor de individuele beschermingsmiddelen. Volgens deze richtlijn moeten alle oordopjes het lawaai zodanig kunnen afzwakken dat de waargenomen geluidsniveaus in geen geval hoger zijn dan de geluidsgrenswaarden voor werknemers. De onder de richtlijn geharmoniseerde norm EN 352-2 vertaalt deze vereiste naar minimale geluidsdempingswaarden voor oordopjes. Voor de frequentieband rond 4 kHz bijvoorbeeld moeten oordopjes het lawaai met minimum 12 dB(A) kunnen afzwakken. Voor deze geluidsfrequentie is het oor het meest gevoelig.
Volgens een studie van Test-Gezondheid (Test-Gezondheid, nr. 99, 2010) zijn niet alle oordopjes kwaliteitsvol. Voor iemand die slechts af en toe naar een concert gaat, adviseert Test-Gezondheid wassen wegwerpdopjes. Voor frequente concertbezoekers zijn op maat gemaakte oordopjes een beter alternatief. Als u op maat gemaakte oordopjes bestelt, aarzel niet om zelf een lektest en uitleg over een correct gebruik te vragen. Het is sterk aangeraden om oordopjes met de nodige aandacht in te brengen, omdat dit de doeltreffendheid en kwaliteit van de geluidsdemping bepaalt.
De controle op de kwaliteit van oordopjes behoort tot de taken van de FOD Economie, in het kader van het toezicht op de kwaliteit en de veiligheid van producten.