Overbevissing en bijvangst 

Het probleem

Betere vistechnieken, grotere schepen en een stijgende vraag naar vis zorgen ervoor dat Vissers steeds meer vis bovenhalen. Wanneer schepen zo veel vis vangen, dat er niet meer voldoende visstocks) overblijven om de soort in stand te houden, spreekt men van overbevissing. Overbevissing is één van de belangrijkste problemen waarmee het Gemeenschappelijk Visserijbeleid van de Europese Unie te kampen heeft. Zij bepalen daarom de quota die men per land per soort mag vissen en staan daarnaast in voor het duurzaam beheer van de visserijvloot en het streven naar een duurzame transitie in de sector. Overbevissing is immers niet alleen een ecologisch probleem. Het is ook een economisch probleem voor de visserijsector. Visbestanden van commerciële soorten zoals kabeljauw, tong en schol zijn de laatste decennia bijvoorbeeld sterk achteruitgegaan. Eenmaal de visstocks uitgeput geraken, zullen veel vissers zonder werk vallen.
 
Naast overbevissing komt er in de netten van schippers ook ongewenste bijvangst terecht. Het gaat dan meestal om te kleine exemplaren maar ook om andere soorten zoals schaaldieren, weekdieren, zeesterren, en zelfs zeezoogdieren en zeevogels. Bijvangst belandt momenteel meestal terug overboord. Teruggeworpen dieren sterven echter vaak door de opgelopen verwondingen. Bij zeezoogdieren, in de praktijk vooral bruinvissen, moeten vissers de bijvangst melden aan BMM, de bevoegde instantie. Zij volgen de evolutie van deze cijfers op. Sinds 1 januari 2016 is via de aanlandplicht het teruggooien van bijvangst en te kleine vissen verboden in de hele Europese Unie. De kleine vissen zijn nog niet geschikt voor consumptie maar moeten wel gerapporteerd worden om een correct inschatting te krijgen van de visstocks. De Europese Commissie bepaalt welke vissoorten onder deze regelgeving vallen, welke uitzonderingen er zijn en hoe lang deze bepalingen gelden.

Bij visvangst met de boomkor is 40 tot 75% van de totale vangst bijvangst. Bij garnaalvisserij kan dit oplopen tot 85 à 90%. Hierdoor gaan bepaalde soorten enorm achteruit, zoals de platte oester, tuimelaar en de stekelrog.

Wat doet de overheid ?

Door het nemen van visserijmaatregelen speelt België,  in samenspraak met andere lidstaten, een actieve rol om het marien milieu te beschermen tegen de impact van visserij op kwetsbare gebieden.
Zo werd in 2015 een nieuwe wet ingevoerd door de Vlaamse overheid die het gebruik van warrelnetten verbiedt. Aan de kust vormden deze een risico op verstikking voor bruinvissen en zeevogels.

Wat kan jij doen?

  • Kies voor duurzaam gevangen of gekweekte vis van labels zoals MSC en ASC. Deze labels garanderen dat de vis die je opeet afkomstig is van een duurzame bron.
  • Gebruik viskalenders en viswijzers om ecologisch verantwoorde keuzes te maken. Deze geven aan uit welke gebieden en wanneer vis best gekocht kan worden opdat de impact op de visbestanden minimaal blijft. Het is namelijk zo dat tijdens het paarseizoen vissen zo weinig mogelijk gestoord dienen te worden zodat ze zich optimaal kunnen voortplanten.
  • Als u toch opstellingen van illegale warrelnetten op het strand ziet staan kan u dit melden aan de  kustwacht zodat deze uit het milieu verwijderd kunnen worden en er geen dieren onnodig in verstrengeld geraken.