Het probleem

De zee en de biodiversiteit op zee krijgen klappen. Het gaat niet enkel over het verlies aan biodiversiteit door het afnemen van de dichtheid en verspreiding van veel oorspronkelijke inheemse soorten, maar ook door de toename van niet-inheemse soorten. De aard en de schaal van de menselijke ingrepen op het land – met effecten op zee – en van de menselijke activiteiten op zee hebben vooral sinds de laatste decennia een grote impact gehad op het mariene milieu.

Het gevolg is een zeer grote achteruitgang van de hoeveelheid van de meeste vissoorten. Ook lokaal – in het Belgische deel van de Noordzee – zijn al een aantal soorten verdwenen die vroeger algemeen voorkwamen, zoals de tuimelaar, de stekelrog en de platte oester. Ook zijn de visbestanden van commerciële soorten zoals kabeljauw, tong en schol de laatste decennia sterk achteruitgegaan.

De oorzaken zijn zeer divers. Visserij vormt door de overbevissing en door de impact op de zeebodem een zeer belangrijk probleem. De kwaliteit van het zeewater is gedurende de laatste decennia ook veranderd door verontreiniging en eutrofiëring. Klimaatverandering heeft een effect op de temperatuur van het water waardoor soorten naar het Noorden opschuiven. Daarnaast verandert de akoestische omgeving van het water door de werken aan windturbineparken, de scheepvaart, zandwinning, defensieactiviteiten, recreatie, …

Verlies aan biodiversiteit is een probleem omdat daardoor een aantal ecosysteemdiensten verminderen of omdat het mariene ecosysteem labieler wordt als een aantal soorten verdwijnen; de druk op het ecosysteem kan dan minder gebufferd worden.

Aanpak

De Noordzee is en zal een ruimte blijven waar mensen actief zijn. Het is daarom noodzakelijk om de biodiversiteit te beschermen en waar nodig te herstellen en om een goede en duurzame balans te vinden tussen de natuurlijke rijkdommen en de menselijke activiteiten op zee. De Kaderrichtlijn Mariene Strategie, de Habitat- en de Vogelrichtlijn zijn hiervoor de belangrijkste instrumenten. Daarnaast moet er blijvend worden gewerkt aan een betere integratie van milieubeleid in andere beleidsdomeinen (visserij, landbouw, transport, energie, …).