Banner Aarhus Inspraak

Het Verdrag van Aarhus (.PDF) legt basisregels vast voor de inspraak maar laat de verdragsluitende staten (de landen die het Verdrag van Aarhus ratificeren) de vrijheid bij de keuze van de middelen die ze geschikt achten om de naleving van deze regels te waarborgen.

Basisregels

De basisregels gaan voornamelijk over:
- de verplichting om de bevolking op een efficiënte manier en op een geschikt moment te informeren;
- de verplichting om van bij de start een inspraakprocedure uit te werken: “dat wil zeggen wanneer alle opties en oplossingen nog mogelijk zijn en de burger een reële invloed kan uitoefenen”;
- redelijke termijnen zodat effectieve inspraak mogelijk wordt;
- de verplichting voor de overheid om rekening te houden met de resultaten van de inspraakprocedure.

Twee types milieubeslissingen

Het Verdrag van Aarhus legt verschillende minimale verplichtingen voor burgerparticipatie vast in functie van het type milieubeslissing. Het maakt een onderscheid tussen beslissingen over enerzijds projecten of specifieke activiteiten met invloed op het milieu (HTML) (artikel 6) en anderzijds plannen, programma’s en beleidsmaatregelen in verband met het milieu (HTML) (artikel 7). Daarnaast komt er specifiek voor genetisch gewijzigde organismen (ggo’s) een nieuw artikel (artikel 6 bis, dat nog niet van kracht is) met modaliteiten voor de inspraak.

Voor projecten en specifieke activiteiten (en dus niet voor plannen en programma’s) bepaalt het Verdrag bovendien dat de bevoegde overheid:
- de bevolking gratis inzage moet geven in alle nodige informatie (er bestaat zelfs een inventaris van wat minimale informatie is);
- de bevolking moet informeren over de eindbeslissing, met opgave van de redenen en overwegingen waar die op steunt.

Betrokken publiek

De burgerparticipatie blijft beperkt tot het ‘betrokken publiek’, dat wil zeggen tot dat deel van de bevolking dat invloed ondervindt of kan ondervinden van de te nemen beslissingen. De bevoegde overheid legt in elke situatie zelf vast wie tot het betrokken publiek behoort. Het Verdrag van Aarhus stelt dat de milieuverenigingen daar per definitie bijhoren.

Nauwkeurigheid en afdwingbaarheid

De verplichtingen die het Verdrag van Aarhus oplegt, zijn globaal genomen relatief nauwkeurig omschreven en hebben een afdwingbaar karakter voor zowel de projecten en specifieke activiteiten als voor de milieuplannen en -programma’s. De autoriteiten van de landen die het Verdrag geratificeerd hebben, moeten ervoor zorgen dat de bepalingen worden omgezet in wetgevende procedures en in het beleid. In België is dit een taak van zowel de federale overheid als de drie gewesten, elk binnen hun bevoegdheden.