Plannen en programma’s in verband met het milieu vormen een essentieel hulpmiddel voor de organisatie van maatschappelijke activiteiten in tijd en ruimte. Plannen kunnen op verschillende niveaus worden vastgelegd: gemeentelijk, provinciaal, gewestelijk, federaal en internationaal.

Enkele voorbeelden van plannen op federaal niveau waarover het publiek zijn mening kon geven tijdens een openbare raadpleging:

  • het marien ruimtelijk plan over het evenwicht tussen de verschillende sectorale belangen in het Belgische deel van de Noordzee binnen de grenzen van het mariene ecosysteem;
  • de Nationale Belgische Biodiversiteitsstrategie over de doelstellingen om de oorzaken van biodiversiteitsverlies in België te anticiperen, te voorkomen en in te perken.

Telkens werd bij het opstellen van het definitieve plan rekening gehouden met de ontvangen opmerkingen.

Waaruit bestaat de inspraak concreet?

De federale wet van 13 februari 2006 bepaalt alleen de minimale voorwaarden die elke overheid in elk geval moet in acht nemen wanneer ze een publieksraadpleging moet organiseren tijdens de fase van het opstellen van een plan of een programma:

  • de publieksraadpleging moet, uiterlijk vijftien dagen voor de aanvang ervan, worden aangekondigd via het Belgisch Staatsblad, op de federale portaalsite www.belgium.be en via een ander communicatiemiddel dat door de overheid wordt gekozen (bijvoorbeeld via een aankondiging in een krant);
  • de publieksraadpleging moet 60 dagen duren en wordt opgeschort tussen 15 juli en 15 augustus;
  • de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad moet de begin- en einddatum van de publieksraadpleging en de wijze waarop het publiek zijn adviezen en opmerkingen kan kenbaar maken, vermelden;
  • de opmerkingen en meningen kunnen per post of via elektronische weg naar de overheid worden gestuurd;
  • de overheid moet rekening houden met de resultaten van de publieksraadpleging vooraleer ze haar finale beslissing neemt;
  • wanneer de overheid haar beslissing heeft genomen, communiceert ze via een verklaring aan het publiek de redenen van haar finale keuze en de manier waarop rekening werd gehouden met de opmerkingen van het publiek;
  • de overheid moet ten slotte het plan of het programma dat ze heeft aangenomen, bekendmaken in het Belgisch Staatsblad en verspreiden op de federale portaalsite.


    De federale wet van 13 februari 2006 bepaalt ook dat de regering bijkomende modaliteiten van inspraak van het publiek kan vastleggen, indien ze dit nodig acht.

    Aankondigingen en resultaten

    Zie Openbare raadplegingen voor de lopende federale en gewestelijke openbare raadplegingen en de resultaten van vorige openbare raadplegingen.